Eindhoven,
23
maart
2023
|
14:33
Europe/Amsterdam

Wat vinden studenten eigenlijk van al die onderwijsvernieuwing?

Er is veel gezegd en geschreven over de HILL-methode en daarvan afgeleide onderwijsvernieuwingen bij Fontys. Maar wat vinden de studenten er zelf van? Wat zijn hun ervaringen? Bron ging op onderzoek uit.

Nee, een éénzijdig beeld levert het niet op. Vraag aan meer dan 140 studenten wat zij van nieuwe onderwijsvormen vinden, en er komen heel verschillende antwoorden. Afhankelijk van welke opleiding de student volgt en in welk studiejaar hij of zij zit en of ze er überhaupt veel ervaring mee hebben.

Representatief is dit verhaal evenmin: 140 studenten vormen geen wetenschappelijk verantwoorde afspiegeling op een totaal van 44.000 studenten. Bovendien wist een 20-tal eigenlijk nergens antwoord op te geven, dus die zijn uit het resultaat gefilterd.

Maar de rondgang leverde wel degelijk bruikbare informatie op, waar specifieke opleidingen en Fontys in het algemeen iets aan kunnen hebben.

Huh, ophef? Niets van gehoord
Allereerst vroegen we de Fontysstudenten of zij gehoord hadden van alle ophef rond HILL in de kolommen van Bron en nationale en regionale dagbladen. Dat er zelfs Kamervragen gesteld zijn over deze onderwijsvernieuwing. Een vernieuwing waarbij klassikaal ‘traditioneel’ onderwijs deels of bijna helemaal vervangen is door groepswerk, waarbij docenten vooral als coach optreden en de student veel meer gevraagd wordt te reflecteren op wat en hoe hij iets heeft geleerd en volbracht.

Ruim een kwart van de ondervraagde studenten bleek helemaal niets meegekregen te hebben van de discussie over de HILL-methode en onderwijsvernieuwing bij Fontys in het algemeen. Met name bij ACE en Vastgoed & Makelaardij liet die vraag vaak geen belletje rinkelen.

Het overgrote deel van de studenten die wel wisten van de discussie – via Bron, landelijke media of van docenten of medestudenten - betrof met name studenten Journalistiek, ICT, Paramedisch en Juridische Hogeschool. Bij die Juridische Hogeschool is dat niet zo vreemd: daar zijn alle studenten per mail geïnformeerd en loopt nu ook een enquête over deze kwestie.

Verder viel op dat er relatief weinig eerstejaars waren die nièt van de kwestie hadden gehoord.

Vooraf geïnformeerd?
En dan: was de student voorafgaand aan de studie wel goed geïnformeerd over vormen van niet-traditioneel onderwijs die hij of zij kon gaan krijgen? Een op de drie antwoordde ontkennend. Dit betrof veelal wel studenten die al in het 2e, 3e of 4e studiejaar zitten. Dan is het logisch: de verandering trad wellicht pas in toen zij al bij Fontys aan het studeren waren.

Mindlabs, het onderkomen van Fontys JournalistiekDe enige buitenbeentjes hier zijn de eerstejaars Journalistiekstudenten: de helft zegt niet te zijn geïnformeerd over de nieuwe onderwijsmethode die dit studiejaar is ingegaan.

Tweederde van alle ondervraagden is dus wel van te voren geïnformeerd. Van die groep gaf dan weer wel de helft aan dat dit soms maar gedeeltelijke informatie was waar ze op dat moment nog niet veel wijs uit konden.

Plussen en minnen
Een andere ja/nee-vraag was of de student zelf al vormen van nieuw onderwijs heeft ervaren, al dan niet in grote of kleinere mate. Dat bleek bij het overgrote deel (meer dan 90 procent) van alle studenten het geval. Alleen een klein aantal studenten Vastgoed & Makelaardij stelde er geen ervaring mee te hebben.

De vervolgvraag luidde: wat zijn je ervaringen daarmee. Of noem eens wat plussen en minnen aan het nieuwe onderwijs dat je ervaart. Daar hoorden we veel overeenkomsten.

Veel studenten noemen zelfstandigheid, vrijheid, eigen inbreng en eigen tempo, praktijkgerichter en minder tentamenstress als hele grote pluspunten. Ook het veel meer in groepen werken wordt door een behoorlijk aantal studenten als pluspunt ervaren.

Daar staat tegenover dat studenten dat groepswerk soms juist ook als het grote nadeel zien. Zowel qua werkwijze als ook qua beoordeling. Als het om de beoordeling gaat is die volgens één op de acht studenten niet zuiver, want niet gebaseerd op objectieve criteria.

Daar zal ook een ander minpunt mee te maken hebben: nogal wat studenten hebben het gevoel dat de docenten soms net zo hard ‘zwemmen’ als zijzelf en het zelf ook niet allemaal weten.

Het gebrek aan communicatie, organisatie en/of structuur binnen de opleiding wordt vaak genoemd. Het leerdoel is soms vaag, er moet te veel gereflecteerd worden en de begeleiding laat te wensen over. Ruim één op de drie studenten voert een van deze ‘organisatorische’ kwesties als groot minpunt aan. Ook stelt één op de zes studenten dat hij of zij vindt dat er te weinig theorie en kennisoverdracht plaatsvindt.

Terug naar het oude? 
Alle plussen en minnen optellend was de volgende logische vraag: zou je terug willen naar het ‘klassieke’ onderwijsmodel of prefereer je toch het nieuwe onderwijs dat je nu krijgt?

Die antwoorden gaven een heel gemengd beeld. 34 studenten zeiden terug te willen naar het oude model, waar 47 studenten juist met de nieuwe methodes verder willen, al zou dat ook in een mix van beide methodes mogen. Nog eens 26 studenten prefereren uitsluitend een mix van beide.

Interessant is wel om te zien waar die studenten dan precies vandaan komen. Om te beginnen met degenen die terug willen naar het ‘klassieke’ onderwijs: dat blijken met name eerstejaars Journalistiek. Slechts een derde wil daar niet naar terug. Vier op de tien willen dat wel en nog eens ruim twee op de tien willen liever een mix van het oude en het nieuwe.

Ook bij Paramedisch gaat zwaar de voorkeur uit naar de klassieke methode. Driekwart van de ondervraagden is tegen de nieuwe methode, die dit jaar is ingegaan. Daarbij moet aangetekend dat een groot deel van deze ondervraagde studenten al in het derde of vierde jaar zit.

Studenten Medisch Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken, Fontys Paramedische Hogeschool. Archieffoto: Bart van OverbeekeVerder is ook bij Toegepaste Psychologie nog een kleine meerderheid te vinden voor ‘terug naar het oude’.

Juridische studenten minder negatief
Misschien minstens zo interessant is de uitkomst bij de Juridische Hogeschool, het instituut dat als geen ander de HILL-methode zo volledig en snel omarmde en daarmee ook als geen andere in grote problemen kwam.

Op één enkeling na gaf echter elke student van de JHS aan niet terug te willen naar het klassieke onderwijsmodel. De meesten willen zelfs volledig met deze nieuwe methode doorgaan. Twee op de vijf JHS-studenten geven de voorkeur aan een mix van de twee.

Een soortgelijk beeld is te zien bij de buurman op campus Stappegoor: van de ondervraagde studenten van de Academy for Creative Economy willen negen op de elf studenten verder met de nieuwe methode dan wel met een mix.

Zeker niet verrassend is dat er bij ICT geen enkele student te vinden is die naar het ‘klassieke’ model terug wil. Waarschijnlijk weten ze daar niet eens wat dat klassieke model is; Fontys ICT is immers al een kleine twintig jaar bezig met een eigen, zelfontwikkelde HILL-variant. En met succes.

Is het goed genoeg?
De vijfde en laatste vraag was: dit alles overwegend, beoordeel jij het onderwijs dat jij krijgt als onvoldoende, voldoende of goed – en daaruit voortvloeiend: denk jij straks met je hier behaalde diploma vol vertrouwen het werkveld in te kunnen stappen?

Twaalf studenten beoordelen hun onderwijs als onvoldoende. Dit zijn vooral studenten Journalistiek, Juridische Hogeschool en Paramedisch. Ter verdediging van Fontys Journalistiek: zij zijn nog maar een half jaar bezig met de nieuwe methode. Het verhaal van de Juridische Hogeschool is bekend. En de paramedische studenten zijn vooral ouderejaars die plotseling in hun eindfase moeten omschakelen naar een heel ander systeem.

In totaal 67 studenten gaven aan: voldoende. En 25 studenten gaven als oordeel: goed. Het restant hield het ergens tussen onvoldoende en voldoende. Dat had vaak te maken met dat ze het ‘klassiekere’ onderwijs prefereerden en de mix van oud en nieuw niet in balans vinden. [Redactie Bron]

Samengevat

Eindconclusie: er is werk aan de winkel bij Fontys, maar hoeveel en waarin dat scheelt enorm per opleiding en soms zelfs per studiejaar. Veel studenten hebben niet zo veel moeite met het nieuwe onderwijs, maar wel met het tempo waarin het is ingevoerd dan wel de nog gebrekkige organisatie van dat nieuwe onderwijs. Docenten dienen beter voorbereid te zijn en de beoordeling zou helderder en via duidelijkere kaders moeten plaatsvinden.

Slechts een derde van de studenten wijst de nieuwe methodes helemaal af (nog steeds veel, dat wel), een kleine meerderheid is juist voor. Maar een mix lijkt voor de meeste studenten nog de beste oplossing.