'Een onderwijsmethodiek met slechts voordelen bestaat niet'
De voor verkrachting veroordeelde Belgische hoogleraar maakte de afgelopen weken bij Fontys veel tongen los. Met name omdat ‘zijn’ HILL-methode hier breed wordt ingezet. Op verzoek van Bron schreef bestuursvoorzitter Joep Houterman hierover onderstaand opiniestuk.
Op 20 oktober bereikte ons het bericht dat een internationaal befaamde Belgische hoogleraar onderwijskunde in België is veroordeeld voor de verkrachting van een studente. De betreffende hoogleraar, Filip Dochy, is de voorbije jaren door een aantal Nederlandse hogescholen en universiteiten ingeschakeld. Ook bij Fontys verzorgde hij gastcolleges, lezingen en cursussen. Omdat een veilig leer- en werkklimaat misschien wel de belangrijkste pijler onder Fontys is, zijn we onmiddellijk in actie gekomen.
Onderzoek
De eerste stap was eenvoudig. Per direct hebben we alle banden verbroken met Dochy. Dat betekent uiteraard geen bezoeken en optredens meer (wat sowieso natuurlijk niet mogelijk was geweest, gezien zijn detentie). Maar het betekent ook: alle banden met ‘zijn’ organisatie, de HILL Academy, verbreken. Waarom? Deze organisatie viel in hoge mate samen met de oprichter en ‘bedenker’ van de gelijknamige leersystematiek.
Stap twee was vervolgens ook logisch: we zijn een intern onderzoek gestart. Hoofdvraag: is de veiligheid van onze studenten en medewerkers in het geding geweest binnen Fontys? Zijn er misstanden voorgevallen tijdens de samenwerking met Dochy? We hebben dit onderzocht; voor zover nu bekend is er niets onoorbaars voorgevallen.
Goed gesprek
Vervolgens rees de vraag: hebben de gebeurtenissen consequenties voor de manier waarop we omgaan met de inhoudelijke bijdrage van Dochy: de HILL-methodiek? Eigenlijk is het antwoord simpel: het feit waar hij voor veroordeeld is, heeft niets te maken met de werkwijze die hij heeft ontwikkeld. En zou dus ook geen aanleiding hoeven zijn om die werkwijze ter discussie te stellen. Precies dat is echter wel gebeurd, zo bleek vorige week uit de reacties op een eerder opiniestuk in Bron.
Waar het wél aanleiding voor zou kunnen zijn, en dat juich ik zeer toe, is een goed gesprek over onze visie op onderwijs, onze ambities en de manier waarop we studenten onderwijs aanbieden binnen onze opleidingen en instituten.
Ambities Fontys
We kunnen ons in dat gesprek natuurlijk baseren op de doelen die we in Fontys for society hebben beschreven en op de vijf uitgangspunten van leren die we in 2018 hebben opgesteld. Dat zijn achtereenvolgens: talentontwikkeling en –ontplooiing, authentieke leeromgevingen, samen kennis en vaardigheden opdoen (en onderzoeken en ervaren), de student is eigenaar van zijn leerproces, en studeerbaarheid. Zowel onze strategische ambities als de uitgangspunten bevatten overigens nogal wat overeenkomsten met de bouwstenen van de HILL-systematiek.
Continue dialoog
Ja, de Fontysbrede doelen en uitgangspunten zijn dus belangrijk. Maar het is minstens zo belangrijk dat deze onderwijsontwikkeling plaatsvindt binnen de opleidingen. Dit vergt best veel van zowel studenten als docenten. Het vraagt in elk geval aandacht, scholing en tegelijkertijd kort-cyclisch leren.
En dan nog moeten we een continue kwaliteitsdialoog blijven voeren en ons onderwijs blijven ontwikkelen, want er bestaat nu eenmaal geen methodiek met slechts voordelen en geen nadelen. Ik heb er het volste vertrouwen in dat we hier uitkomen, binnen deze club vol verstandige experts met hart voor het onderwijs en de student.
Joep Houterman is voorzitter van het college van bestuur van Fontys Hogeschool.
“Er bestaat (…) geen methodiek met slechts voordelen en geen nadelen”, schrijft Houterman. Ik ken werkelijk geen enkele docent die op zoek is naar een dergelijke methodiek. Het punt is dat je met de ene methodiek (zoals de HILL-achtige methodiek) veel meer een wissel op de toekomst trekt dan met een andere methodiek. Een continue kwaliteitsdialoog als antwoord op die wissel is – alweer – veel en veel te mager.
Houtermans vertrouwen in verstandige experts is natuurlijk mooi, maar het probleem is nu juist hun expertise. De vernieuwers (de HILL-ers onder ons) baseren zich op wetenschappelijk onderzoek, maar dat onderzoek is niet bepaald robuust. Met weinig moeite kun je evenveel empirisch onderzoek boven water halen, waaruit het Grote Gelijk van de voorstanders van het instructiemodel (de Kirschners onder ons) blijkt. (Het omgekeerde geldt ook: er is legio andere onderzoek waaruit de betrekkelijkheid van Kirschners opvatting blijkt.) De halftime-waarde van sociaalwetenschappelijke kennis is betrekkelijk klein en dat impliceert, lijkt me, een goede reden om een al te rigoureuze onderwijskundige experimenteerdrift toch wat te beteugelen. De student betaalt namelijk de prijs.
Voor een goed begrip: nagenoeg niemand wil terug naar een onderwijssysteem waarin passiviteit van studenten volop kansen krijgt om tot volle wasdom te komen. En voor zover er sprake was van actieve studenten, kunnen we daarbij meteen de kanttekening plaatsen van een Leuvense hoogleraar (nee, niet die ene): “ik haal in mijn collegezaal met 200 studenten moeiteloos de Nederlandse studenten eruit. Die stellen namelijk vragen. En ze worden daarbij niet gehinderd door enige vorm van kennis”. Ik krijg de indruk dat sommigen na het horen van de tweede zin meteen de vlag uithaalden en daardoor het venijn in de staart niet hoorden.
Alle ambities ten spijt, moet er misschien toch wat meer ruimte komen voor het aristoteliaanse midden.
Ron Ritzen (Vereniging Kritische hbo-docenten, maar dit is op persoonlijke titel)
Dank voor de bijdrage van bestuursvoorzitter Joep Houterman.
Wel een kanttekening. In de redactionele tekst van Fontys BRON op 31 oktober werd de HILL-filosofie door de redactie van BRON als volgt gekarakteriseerd: “Het door de Vlaming ontwikkelde onderwijsmodel HILL wordt binnen Fontys breed toegepast. Bij deze methode worden belemmerende en inflexibele structuren zoals lessen, roosters en lokalen geschrapt. Docenten geven geen les, maar coachen. Van studenten wordt veel zelfstandigheid verwacht. En er zijn nog nauwelijks toetsen” (Verbiesen, 31 oktober 2022)
Ik heb in mijn bijdrage op 4 november op basis daarvan geflecteerd over de HILL-filosofie en de betekenis voor Fontys en de afzonderlijke opleidingen van Fontys.
Inmiddels (wanneer?) is de tekst van 31 oktober als volgt aangepast: “Het door de Vlaming ontwikkelde onderwijsmodel HILL wordt binnen Fontys breed toegepast. Bij deze methode worden volgens een beschrijving van de dienst Onderwijs en Onderzoek een aantal basisprincipes van effectief leren gecombineerd tot een samenhangend geheel. ‘Hierin staan vraagstukken uit de praktijk centraal, zijn studenten eigenaar van hun leerproces en speelt continue feedback een belangrijke rol. De docent is naast expert, begeleider van het leerproces.’” (Verbiesen, 31 oktober 2022)
Waarvan akte!
https://decorrespondent.nl/13852/deze-neuropsycholoog-legt-uit-waarom-leren-begint-bij-nieuwsgierigheid/1100582956-ce4961d3
Toch blijven veel docenten met een nare bijsmaak achter. De vraag die we ons zouden moeten stellen is: “zouden wij als Fontys/instituut gekozen hebben voor de HILL-methodiek als we vooraf wisten wat voor een smeerlap hij was?”.
Hier gaan we nooit achterkomen. Maar als je hier nu toch even aan het denken wordt gezet dan zouden we de (ethische) discussie moeten aangaan of wij nog langer met het gedachtengoed van Filip Dochy geassocieerd willen worden.
Who cares, zou je zeggen, en ergens heb je dan een punt. Maar wat me wel enorm steekt is dat ik ontzettend vaak van studenten hoor: "van jou leren we tenminste iets". Of als ik aan het start van een semester aan een klas vroeg: "wat moet ik doen zodat jullie over een half jaar tevreden weggaan", dan was het antwoord steevast: "gewoon lesgeven, zodat we daadwerkelijk belangrijke dingen leren".
Ik vind het ontzettend pijnlijk, dat we met z'n allen een compleet lege onderwijsvisie omarmd hebben. En dat alle waarschuwingssignalen compleet genegeerd zijn. Tegen de HILL cult mocht je niet ingaan, want dan was je ouderwets of tegen onderwijsverbetering. 5 Jaar geleden was ik trots op wat we met studenten bereikten, nu schaam ik me dood.
Ik hoop dat Fontys het tij kan keren. Niet voor mij, ik ben immers zo goed als weg, maar voor alle studenten die nu bij ons rondlopen en alle studenten die nog gaan komen. Ze komen namelijk omdat Fontys bekend stond als een plek waar je vakmens wordt, een belofte die niet meer waargemaakt wordt.
Er is een stam die iedere 5 jaar bij elkaar komt om gezamenlijk, in een aantal weken, een nieuwe boot te bouwen. Vrouwen, mannen en kinderen verdelen de taken en gaan elke dag hard aan het werk. In het midden van het dorp is een kampvuur, dat gedurende het hele project blijft branden. Op elk moment van de dag, maar vooral s'avonds komt men daar samen om verhalen te vertellen over waarom ze deze boot ook alweer bouwen.
Het lijkt op één van mijn favoriete quotes van Antoine de Saint Exupéry
"When you want to build a ship, do not begin by gathering wood, cutting boards, and distributing work, but awaken within the heart of people the desire for the vast and endless sea"
Over de afkomst van de quote en de interpretatie die de schrijver eraan geeft kunt je discussieren, maar de boodschap erachter vind ik erg goed passen bij de missie waar we samen binnen Fontys voor staan. Zowel met studenten, als collega's!