Eindhoven,
12
mei
2020
|
11:19
Europe/Amsterdam

‘Op geestelijk verzorgers wordt dubbel appèl gedaan’

Bij Fontys Hogeschool Theologie Levensbeschouwing in Utrecht legt de coronacrisis vooral een gemis bloot. Een instituut (en beroepenveld) waarin diepere verbinding zo’n cruciale rol speelt kan eigenlijk niet zonder face-to-face-contact. “Elkaar zien op een schermpje is de halve werkelijkheid.”

Samenvatting

Fontys kent veel opleidingen waar lering kan worden getrokken uit wat nu gaande is. Door zowel docenten als studenten. In een serie artikelen laat Bron docenten en andere Fontys-experts vanuit hun discipline vertellen wat de coronacrisis blootlegt.

In het karakteristieke St. Martinushuis aan de Nieuwegracht verzorgt Fontys Hogeschool Theologie Levensbeschouwing (FHTL) de opleiding Eric LuijtenTheologie (die vormt tot geestelijk begeleider) en de lerarenopleiding Godsdienst-Levensbeschouwing, voor in totaal 120 studenten.

“Online lesgeven maakt ons onderwijs instrumenteler”, zegt Luijten. “We zijn nu vooral bezig met het behalen van leerdoelen. Echter, binnen onze muren moet onderwijs een bredere betekenis hebben”, zegt adjunct-directeur Eric Luijten.

“Het diepere gesprek met studenten, meer in het bijzonder de persoons- en gemeenschapsvorming, staan onder druk. Als onderdeel van onze katholieke visie willen docenten en studenten hier samen optrekken in een lerende gemeenschap. Dat is lastig met Microsoft Teams.”

Gemis van oogcontact en nuance
Luijten geeft een voorbeeld uit zijn eigen vakgebied, de theologie. “Theologie is taalgevoelig. Je hebt oogcontact nodig om te checken of je verhaal aankomt. Online lesgeven biedt minder mogelijkheden tot gedachtenuitwisseling en discussie. Een college dat in de klas anderhalf uur duurt, doe ik nu in 35 minuten. Je vertelt als het ware niet meer het hele verhaal.”

Docent Hebreeuws en Oude Testament Willien van Wieringen weet dat ook de studenten het gebrek aan persoonlijke interactie lastig vinden. “We vormen een hechte gemeenschap; iedereen kent elkaar minstens van gezicht. Wat dat betreft leveren we behoorlijk in.”

Sommige studenten worden er depressief van, weet ze. “Voor de eerstejaars is een wekelijks online-bijkletsmoment opgezet, waarbij eventuele problemen aan de orde komen. Dat helpt om een beetje op elkaar te letten.”

Positief
Toch zien beiden ook positieve kanten aan de crisis, bijvoorbeeld de aandacht voor een van de beroepsgroepen waarvoor Willien van Wieringenze opleiden. Eric Luijten: “Het valt me op dat in de media, naast artsen en verpleegkundigen, regelmatig geestelijk verzorgers worden opgevoerd, werkzaam in de zorg. Dat gebeurt doorgaans niet snel.”

Daarbij blijkt dan ook hun dubbele rol, aldus Luijten. “Niet alleen patiënten doen een appèl op hen, ook de zorgprofessionals. Die kampen vaak met een gevoel van machteloosheid, iets dat zinvragen oproept.”

Volgens Willien van Wieringen ‒ die via social media veel contact heeft met pastores, predikanten en andere geestelijk begeleiders ‒ leven ook hier zorgen over het gebrek aan (direct) contact. “Door het isolement waarin patiënten en ouderen nu zitten is uitwisseling vaak onmogelijk, of soms alleen op afstand. Dat beperkt je niet alleen in je werk, maar is ook gewoon ongezond, niet bevorderlijk voor je welzijn. Zowel voor geestelijk verzorger als patiënt.”

Zingeving
Dat deze onzekere tijden leiden tot een groeiende behoefte aan zingeving ‒ en wie weet een studentenaanwas ‒ vindt Luijten “te snel gedacht”. Hij hoopt echter wel op een herwaardering van de ‘zachtere’ beroepen.

“Je merkt dat er volop aandacht is voor dieperliggende waarden. De vraag is wat ervan beklijft- een naderende economische crisis legt het accent misschien weer op het harde geld. Maar dat deze ‘pas op de plaats’ oproept tot bezinning, is duidelijk.”

Zijn vakgenoten kunnen bovendien een rol vervullen in actuele ethische discussies. “De vraag bijvoorbeeld of we ouderen moeten isoleren zoals nu gebeurt. Of is menselijke warmte en contact zo wezenlijk dat het gezondheidsrisico’s rechtvaardigt?”

Hij twijfelt echter of een adviesorgaan als het Outbreak Management Team moet worden uitgebreid met filosofen of theologen. “Een breder klankbord dan alleen virologen of epidemiologen is misschien goed. Maar dan denk ik toch eerder aan bijdragen uit sociologie of psychologie”

“Hoewel, het is ook weer zo dat wij theologen de zaken vanuit een heel ander perspectief zien, en meer de helikopterview kunnen hanteren. Misschien een toegevoegde waarde.”

Lessen trekken
Volgens Van Wieringen krijgen de opgedane ervaringen van geestelijk verzorgenden in de coronacrisis wel meteen hun weerslag in het curriculum. “In de collegereeksen ‘Liturgie’ en ‘Vieren en rituelen’ gebruiken we de huidige context als studiemateriaal.”

“We kijken dan bijvoorbeeld naar de digitale vormgeving van diensten. En onderzoeken hoe we de gevoelde afstand toch zo veel mogelijk kunnen ondervangen… Het loont om daarover na te denken omdat een dergelijke crisissituatie zich mogelijk vaker aandient.” [Frank van den Nieuwenhuijzen]

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.