Eindhoven,
07
januari
2021
|
17:27
Europe/Amsterdam

‘Meer gevoel voor taal in de tech-wereld helpt open innovatie’

De samenwerking tussen high tech-industrieën en onderzoeksinstellingen verloopt niet altijd even vlot. “Meer oog voor de talige kant van zo’n relatie doet wonderen”, stelt Els De Maeijer, die maandag de Fontys Onderzoeksprijs won.

De docent-onderzoeker aan de opleiding Technische Bedrijfskunde (Fontys Hogeschool Bedrijfsmanagement, Educatie en Techniek) promoveerde vorig jaar op haar onderzoek naar drie ‘open innovatie’-samenwerkingsverbanden binnen Brainport Eindhoven.

“Als een fly on the wall woonde ik vergaderingen bij en observeerde de onderlinge samenwerking, met name op communicatie-aspecten.” Daar is nog een en ander te winnen, zo blijkt.

Open innovatie
De contracten die zulke samenwerkingspartners opstellen beloven veel moois: onderlinge openheid, flexibiliteit en vertrouwen. “Maar alles staat of valt met ‘open innovatie’: de bereidheid om kennis en ideeën daadwerkelijk te delen.”

Volgens De Maeijer
- van huis uit taalkundige - is het ‘haast een open deur’ dat de intenties uit de Els De Maeijer bij haar promotie.contracten in de praktijk niet altijd worden gehaald.

“Aspecten als vertrouwen en openheid kun je niet afdwingen. Maar je kunt er al pratend naartoe werken door je bewust te zijn van de specifieke samenwerkingscontext en van je communicatie.

In haar proefschrift noemt De Maeijer dat proces ‘taalwerk’. “Juist de onderlinge interactie bepaalt of er een sfeer ontstaat waarin mensen open durven zijn over de projectvoortgang en over hun onzekerheden.”

Wij en zij
Echter, in de praktijk blijken partijen soms nog volop bezig met de eigen positionering. Oftewel: hoe ze worden gezien door de ander.

“De onderzoeksinstellingen zitten vaak in een underdogpositie. Het geld bij innovatieprojecten komt immers van de bedrijven. Omdat toch substantiële inbreng van hen verwacht wordt, moeten de onderzoekers zich eigenlijk anders gaan opstellen. Bijvoorbeeld niet alleen als dataleverancier, maar meer als partij die proactief meedenkt.”

Zulke ‘identiteitsmanoeuvres’ zijn soms lastig, in een context die wordt gedomineerd door de bedrijven. “In veel samenwerkingsprocessen is het (nog) geen rozengeur en maneschijn; vaak wordt er nog te veel gedacht in termen van ‘wij/zij’.”

Aanbeveling
Verbetering begint ermee dat je je meer bewust wordt van onderliggende processen, zoals de communicatie en de gekozen context. Ze pleit ervoor de samenwerkingscontext en de vergaderstructuur beter te ‘lezen’.

“Het is bijvoorbeeld vaak de academicus die presenteert en de manager die reageert. Maar daarmee zet je de eerste meteen in een afhankelijke positie.”

Verder is het benoemen van onzekerheden een goed middel. “Uit het onderzoek blijkt dat mensen elkaar juist meer vertrouwen als er ruimte is om problemen en onzekerheden bloot te leggen. In dat geval wordt precies duidelijk wat er technisch niet haalbaar is of welke rol nu van je verwacht wordt in de samenwerking.”

Curriculum
Welke lessen kan Fontys uit dit proefschrift trekken, bijvoorbeeld ter aanscherping van het curriculum? Volgens De Maeijer is het aloude communicatie-concept van zender-ontvanger verouderd.

“Toekomstige managers moeten zich realiseren dat openheid, vertrouwen en flexibiliteit alleen gecreëerd kunnen worden in interactie met anderen. Daarom zouden we hen meer kunnen trainen in ‘taalbewustzijn’- het herkennen van eventuele machtsongelijkheden, onderliggende weerstand en sociale processen.”

“Allemaal zaken die door taal geuit worden en ook alleen maar met taal ‘opgelost’ of bijgestuurd kunnen worden.”

En er kan Maandag vanuit huis bij de online prijsuitreiking.nog iets op de schop. “We hebben bij Fontys de mond vol van interdisciplinariteit. Maar als je naar het bedrijfsleven kijkt, dan zitten de ‘zachte’ communicatiemensen steevast gescheiden van de ‘harde’ inhoudelijk-technische kant. De verbinding tussen beide moet veel meer worden geslagen.”

De Maeijer is daarin zelf al geslaagd. De jury van de Fontys Onderzoeksprijs looft onder meer haar geslaagde aanpak om expertise uit het ene vakgebied (taal) toe te passen op een ander (techniek).

Berkeley of Kopenhagen
Onderdeel van de Fontys Onderzoeksprijs is dat De Maeijer op kosten van haar werkgever een buitenlandse onderwijsinstelling mag bezoeken. “Ik ben aan het nadenken hierover. In Berkeley heb ik contacten met dé goeroe op het gebied van open innovatie, Henry Chesbrough.”

“Verder is Kopenhagen een optie; ook daar bestaan al managementopleidingen die echt rekening houden met de menskant van open innovatie. Wanneer Fontys hierbij verder geen randvoorwaarden stelt, wordt het wellicht de zonnigste locatie van die twee.” [Frank van den Nieuwenhuijzen]

Reacties 1 - 1 (1)
Bedankt voor uw bericht.
Jos Pieterse
08
January
2021
Mooi Els, ik zou voor Berkel gaan by the way.....