Eindhoven,
14
maart
2024
|
10:42
Europe/Amsterdam

Tweede Kamer akkoord met wetsvoorstel leeruitkomsten

Kennis en vaardigheden toepassen in de praktijk en tentamens overslaan? Bij sommige opleidingen kan het. Na bijna tien jaar experimenteren mogen hogescholen officieel met eenheden van leeruitkomsten gaan werken. Fontys is te spreken over het besluit.

De Tweede Kamer heeft dinsdag het wetsvoorstel ‘Leeruitkomsten’ aanvaard. Daarmee wordt het mogelijk om bepaalde vakken weg te strepen tegen praktijkervaring, zodat studenten sneller hun diploma behalen. Ook kunnen ze hun beheersing van bepaalde kennis en vaardigheden in de praktijk laten zien in plaats van tentamen te doen. 

Dit is bedoeld om het hoger onderwijs flexibeler te maken, bijvoorbeeld voor werkenden die zich willen bijscholen. Zij kunnen hun werkervaring meenemen en sneller een diploma behalen. 

Bestuurder Arian Steenbruggen laat in een reactie weten dat Fontys het 'fijn vindt dat de Tweede Kamer heeft ingestemd met het wetsvoorstel en dat er nu duidelijkheid is dat alle opleidingen mogen gaan werken met eenheden van leeruitkomsten. “We moeten natuurlijk nog wel afwachten of de Eerste Kamer ook met dit wetsvoorstel zal instemmen.”

Juridisch verschil
Fontys werkt al langer met leeruitkomsten (persoonlijke leerroutes), maar niet met eenheden van leeruitkomsten. Bestuurder Steenbruggen licht toe: “Fontys heeft er met het kader Talentgericht onderwijs voor gekozen om wel te gaan werken met leeruitkomsten, maar niet met eenheden van leeruitkomsten."

Arian SteenbruggenVolgens Steenbruggen is dat juridisch een verschil. "Binnen Fontys blijven we werken met onderwijseenheden. Elke onderwijseenheid heeft een aantal leeruitkomsten. Dat mag namelijk gewoon binnen de huidige wet.”

De keuze van Fontys is ingegeven door het feit dat het wetsvoorstel in eerste instantie het werken met eenheden van leeruitkomsten uitsluitend mogelijk maakte voor deeltijdse en duale opleidingen. Fontys wil het talentgericht onderwijs aanbieden aan alle studenten en niet alleen aan deeltijdse en duale studenten.

Debat
Vorige week debatteerde de Tweede Kamer urenlang over het wetsvoorstel. Wat zijn de voor- en nadelen en hoe houd je de kwaliteit van het onderwijs overeind? Maar minister Robbert Dijkgraaf wist genoeg partijen van het nut te overtuigen. 

Unaniem was het niet. De Socialistische Partij en GroenLinks-PvdA stemden tegen, al hebben ze het wetsvoorstel wel met amendementen bijgestuurd. Er is bijvoorbeeld een amendement van SP en GroenLinks-PvdA aangenomen om sneller te evalueren: al na twee jaar. Ook hebben de twee linkse partijen ervoor gezorgd dat docenten inspraak krijgen. 

Ook het CDA had een amendement ingediend. Deze partij is erg enthousiast over onderwijs met eenheden van leeruitkomsten en wilde aanvankelijk dat het hele hoger onderwijs er desgewenst gebruik van kon maken, inclusief de meer theoretische opleidingen. Minister Dijkgraaf was daar geen voorstander van en wilde de wetswijziging beperken tot opleidingen met een ‘substantiële praktijkcomponent’. 

Het CDA kreeg maar weinig steun van andere partijen en paste het amendement aan. Het aangepaste (en aanvaarde) amendement zorgt ervoor dat het universitaire onderwijs nu expliciet wordt genoemd in de wet. Wel vraagt de Tweede Kamer via een motie om onderzoek naar de voorwaarden waaronder meer theoretische opleidingen dit systeem zouden kunnen hanteren. 

Vijf uitgangspunten
Volgens Fontys-bestuurder Steenbruggen hebben alle hbo-opleidingen een praktijkcomponent of zouden dat moeten hebben. “Dat is juist de kracht van hoger beroepsonderwijs. Binnen Fontys vinden we dat heel belangrijk. Daarom hebben we in vijf uitgangspunten voor leren en het kader Talentgericht onderwijs opgenomen dat authentiek leren, leren in en met het werkveld, voor alle opleidingen van belang is.” 

Een amendement van NSC kwam er eveneens doorheen. Dat ging over de propedeutische fase van voltijdsopleidingen: die blijft in stand, ook bij het werken met eenheden van leeruitkomsten. De hbo-propedeuse is voor sommige studenten een belangrijk diploma, waarmee ze kunnen doorstromen naar het wetenschappelijk onderwijs. Deeltijd- en duale opleidingen hoeven volgens dit wetsvoorstel Leeruitkomsten niet meer met een propedeuse te werken. [HOP/Marieke Verbiesen]

Boilerplate

Het wetsvoorstel Leeruitkomsten dat door de Tweede Kamer is aangenomen, merkt een ‘eenheid van leeruitkomsten’ aan als een vorm of uitwerking van een onderwijseenheid. Specifiek aan een leeruitkomst is dat deze leerwegonafhankelijk vorm krijgt en leerwegonafhankelijk wordt getoetst. Met deze wijze van definiëren kan een opleiding zowel uit onderwijseenheden als uit leeruitkomsten bestaan, of uit een combinatie van beide. Daarmee verdwijnt voor het inrichten van een opleiding het strikte onderscheid tussen enerzijds onderwijseenheden (vakken of modules) en anderzijds eenheden van leeruitkomsten. Voor leeruitkomsten behoeft geen onderwijs te worden gevolgd, maar moeten activiteiten worden verricht. Een eenheid van leeruitkomsten kan daarom per definitie geen variant van een onderwijseenheid zijn.

Reageren kan hieronder. Eenmaal gepubliceerde reacties worden niet verwijderd

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.