Studeren in het buitenland: Denemarken
Waarom stagelopen in Nederland als je het ook aan de andere kant van de wereld kunt doen? Andere landen ontdekken, cultuur snuiven, mensen ontmoeten en ondertussen aan je schoolcarrière werken. Veel studenten van Fontys doen het. Vandaag uitgelicht: Imke Heij, die haar minor volgt in Denemarken.
In deze serie interviewen we verschillende Fontysstudenten over hun reis naar het verre buitenland. Over hun ervaringen, de reden van hun keuze voor het betreffende land en over de grootste cultuurverschillen die ze (hebben) ervaren.
Imke zit in haar derde jaar van de opleiding International Business in Eindhoven. Momenteel zit ze voor een halfjaar in Denemarken voor haar minor Sportmanagement.
Waarom heb je gekozen voor een stage in Denemarken?
“Fontys werkt samen met heel veel verschillende partnerscholen binnen en buiten Europa en ik heb gekeken naar de bestaande opties. Mijn oog viel in eerste instantie op Canada, maar daar waren niet veel plekken beschikbaar. Ik keek daarom ook naar scholen binnen Europa, en dan met name in landen waar ik nog niet was geweest. Uiteindelijk is mijn keuze gevallen op Denemarken, deels omdat het voor mij een ‘nieuw’ land is, deels omdat het schoolsysteem in Scandinavië goed aangeschreven staat.” [Tekst gaat verder onder de foto's]
Denemarken is over het algemeen een duur land. Hoe kom je rond?
“Omdat ik in Europa een minor volg, heb ik recht op de Erasmus+ beurs. Die is bedoeld voor studenten die minimaal twee maanden en maximaal twaalf maanden in het buitenland verblijven voor hun stage of studie. Ik krijg met de beurs dertien euro per dag, wat neerkomt op een bedrag van zo’n 350 euro per maand. Het grootste deel daarvan krijg je uitbetaald voor je op reis gaat en het overige deel, 30 procent, krijg je als je je studiepunten hebt behaald. Tel daar de uitwonende studiefinanciering én de ov-vergoeding bij op, en je hebt een prima inkomen om de maand mee door te komen. Ik zeg niet dat ik het breed heb, maar ik hoef in ieder geval niet bij te lenen of naast mijn studie te werken. Bovendien hebben ze hier op bepaalde plekken fijne studentenkortingen, waardoor je geen 6 euro voor een biertje betaalt maar iets minder. Voor boodschappen ben ik ongeveer 90 euro per week kwijt. Sporten kost hier 40 euro per maand, terwijl ik in Eindhoven 8 euro betaal.”
Waar verblijf je momenteel?
“Ik woon in een appartement in het plaatsje Odense, dat ik met een andere student deel. We hebben een gezamenlijke keuken en een gezamenlijke badkamer, maar allebei onze eigen slaapkamer. De kosten liggen rond de 350 euro per maand, wat best weinig is. Voor die prijs woon je in Eindhoven in een studentenhuis met twaalf man. Nieuw is het appartement niet en het ligt ook niet in het centrum, maar met een fietstijd van vijftien minuten naar school, vind ik het goed te doen. De universiteit waar ik mijn minor volg, is een openbare school die heel veel verschillende studies op heel veel verschillende vlakken aanbiedt. Sportmanagement is er daar een van.” [Tekst gaat verder onder de foto's]
Wat leer je allemaal bij je minor?
“Tijdens mijn minor volgen we verschillende vakken, zoals Sportmanagement, Sportmarketing, Sporteconomie en iets met events, maar dat vak hebben we nog niet gehad. Alle lessen die we krijgen zijn interactief – ik heb nog geen collegezaal gezien – en worden gevolgd in projectgroepjes. De lessen zijn best lang: ze werken hier met blokken van 3,5 uur, en je hebt maximaal twee vakken per dag. In plaats van fysieke toetsen werken ze hier met opdrachten en projecten. Mijn klas bestaat uit een kleine dertig mensen, waarvan vijf Erasmusstudenten, die op mij na allemaal Duits zijn. De rest van mijn klasgenoten is Deens. De lessen zijn allemaal in het Engels, maar daarbuiten spreekt iedereen Deens of Duits met elkaar. Of mij dat stoort? Nee hoor, ik maak er gewoon een uitdaging van om zoveel mogelijk van de talen te leren.”
Welk advies wil je andere studenten meegeven die ook in het buitenland willen studeren?
“Zorg ervoor dat je al je papierwerk van tevoren goed op orde hebt. Als je in Denemarken gaat studeren, moet je je bijvoorbeeld aanmelden als officiële inwoner. Ik heb zelfs een Deens BSN-nummer. Je moet veel dingen regelen en ik vond het fijn om dat op tijd te doen. Zodra ik wist dat ik naar Denemarken ging – de deadline voor het aanmelden van een minor in het buitenland was in augustus en een maand later wist ik dat ik naar Denemarken kon – heb ik meteen een Erasmus+ beurs aangevraagd. Daarna ben ik een dag gaan zitten om al het andere papierwerk in te vullen. Ik raad iedereen aan om in ieder geval een maand voor vertrek alles geregeld te hebben, zodat je in je laatste weken nog volop kunt genieten van de tijd met je familie en vrienden.” [Karen Luiken]