Eindhoven,
26
februari
2024
|
15:28
Europe/Amsterdam

Studenten en hun afko's: van biba tot hdp

Het bestellen van een cappu op het terras, het maken van een lawa of het zoeken van een geru, afkortingen worden steeds vaker gebruikt. Vooral onder studenten. Spreken we hier van een nieuwe trend of is deze hype al langer gaande? En hoe storend vinden we die afkortingen nou eigenlijk?

Om maar meteen met de deur in huis te vallen: afkortingen zijn niet nieuw. Kijk bijvoorbeeld naar het bvo’tje, het biertje voor onderweg. Deze term werd jaren geleden al gebruikt en is nog steeds populair onder zowel jongeren als volwassenen. Maar het bvo’tje heeft er inmiddels wel een paar concurrenten bij gekregen. Journalistiek-student Fien geeft een paar voorbeelden. 

Fien“In de coronatijd gebruikten we vaak de afkortingen ‘lawa’ en ‘kowa’, die staan voor lange wandeling en korte wandeling. Tegenwoordig gebruik ik vooral ‘geru’ voor gezamenlijke ruimte, ‘helapidaka’ voor helaas pindakaas of ‘kladiladi’ voor klap die laptop dicht. De meeste afkortingen gebruik ik vooral voor de grap.” 

Pornstar Martini
Faye, student Digital Business Concept, doet er nog een schepje bovenop. Zij noemt afkortingen als ‘hdp’ voor heerlie de peerlie, ‘cappu’ voor cappuccino’, ‘pm’ voor de cocktail Pornstar Martini, ‘esma’ voor de Espresso Martini en ‘kp’ voor de Korte Putstraat in Den Bosch. “Ik vraag vaak aan mijn vriendinnen of ze zin hebben om een pm in de kp te pakken. Oftewel: een Pornstar Martini in de Korte Putstraat.”

Of iedereen dat begrijpt? “Mijn vriendinnen snappen me meteen, mijn ouders inmiddels ook. Maar ik betrap mezelf er ook weleens op dat ik afkortingen gebruik bij mensen die er misschien niks van snappen. Als ik in een restaurant om een cappu vraag, weet niet elke ober meteen wat ik bedoel.”

FemkeKriebels
Dan is er nog Femke, die in tegenstelling tot Fien en Faye juist geen afkortingen gebruikt. “Ik krijg er de kriebels van”, zegt ze. “Hier in Tilburg, waar ik studeer, hoor ik ze niet vaak voorbijkomen. Maar ik heb in Utrecht gestudeerd en daar werden ze veelvuldig gebruikt. De favorieten daar zijn ‘hdp’ voor heerlie de peerlie, ‘biba’ voor bitterbal’ en ‘itakru’ voor Italiaanse kruiden. Ik denk dat vooral de jongere student deze taal gebruikt. Als ik kijk naar hoe mijn 19-jarige zusje typt... Dat is geen Nederlands meer.” 

Maar hoe erg is dat eigenlijk? Moeten we ons zorgen maken over deze ontwikkeling of gaat het om een onschuldige hype? Marian de Wijs, docent bij de minor Taal en Cultuur en bij Journalistiek, denk het laatste. “Als ik iemand afkortingen hoor gebruiken, is dat meestal buiten een lessituatie en op een ironische toon. Ik maak me er geen zorgen over, vind het vooral heel grappig en zie het als een manier van verbinding."

Misschien kunnen we er zelfs wel iets van leren en nemen we in verloop van tijd afkortingen over die veel efficiënter zijn dan het woord dat we er normaal voor gebruiken, zegt De Wijs. "Ik hou van taal en van taalvernieuwing. Dit hoort daar ook bij.”

Altijd in beweging
Collega Evi Jakobs, die net als De Wijs docent is bij de minor Taal en Cultuur, staat daar hetzelfde in. Ook zij maakt zich geen zorgen. “Ik denk dat afkortingen niks afdoen aan de spelling van een student. Taal is een levend organisme dat altijd in beweging is en ik denk dat studenten prima in staat zijn om in te schatten wanneer zij een afkorting kunnen gebruiken. Dat is in ieder geval wel het geval binnen onze minor, waar we heel bewust met taal bezig zijn." 

"Onze studenten kiezen op de een of andere manier voor Nederlands. Misschien omdat ze beter willen leren presenteren of omdat ze beter willen leren schrijven. Maar eigenlijk komt het er altijd op neer dat ze hun Nederlandse taalbeheersing willen verbeteren. Afkortingen worden daarom niet vaak gebruikt. Althans, niet in onze lessen.” [Karen Luiken]

Reageren kan hieronder. Eenmaal gepubliceerde reacties worden niet verwijderd

Reacties 1 - 1 (1)
Bedankt voor uw bericht.
Mattie Wethlij
26
February
2024
Als ik het vergelijk met Limburgers die in gezelschap van niet-Limburgers dialect spreken met elkaar, vind ik dat net zo vervelend. Misschien is het handig om te vragen of er mensen in het gezelschap zijn die de afkortingen niet kennen of niet op prijs stellen. Dat heet ook consent vragen.