Ramatu combineert studie met zorg voor gehandicapte zoon
Eerstejaars Pedagogiek Ramatu Kanu (22) is zeker geen doorsnee-student. Niet alleen maakte ze de sprong van vmbo-t naar Fontys; ze deed dat bovendien als alleenstaande moeder van een meervoudig gehandicapt zoontje Jaylen. “Ik kan nu beter voor mijn kind opkomen.”
Sinds augustus studeert ze (weer) voltijd-Pedagogiek: “Van jongs af wilde ik aan de slag met kinderen of jongeren. Ze aanspreken en helpen.” Haar bijzondere verhaal is er eentje van welbewuste keuzes, en van felle tegenslagen die die keuzes uiteindelijk niet in de weg staan.
Kind én mbo-diploma
Zomer 2017, net als ze het laatste jaar in gaat van haar mbo-studie Administratieve en juridische dienstverlening aan ROC Tilburg, raakt Ramatu zwanger.
“Ik deed die opleiding in combinatie met een (deeltijd) havo-traject. Alles ging lekker. Vlak daarvoor was ik gekozen als ‘Uitblinker’ van mijn school, een titel voor leerlingen die opvallend presteren. Natuurlijk werd mijn pad nu direct anders. Ik had geen vaste relatie, maar koos ervoor om dit in mijn eentje aan te gaan. Het is wat het is en we maken er het beste van, was de gedachte.”
Het mbo-diploma komt er: de geboorte van een gezond zoontje in april 2018 valt precies tussen het afronden van haar stage en de ontvangst van het gewilde papiertje. “Kort daarna slaagde ik ook voor de havo. Maar alleen maar thuisblijven en moederen is niets voor mij. Ik kan sowieso niet stilzitten. Met mijn eigenwijze hoofd meldde ik me aan bij Fontys-Pedagogiek.”
Ziekenhuis in plaats van klaslokaal
Als die studie twee maanden onderweg is, krijgt haar zoontje hersenvliesontsteking. “Wat lijkt op een zware griep eindigt dan op de Intensive Care van het Radboudumc. Heftig. Ik heb toen mijn studie stopgezet en ben tweeënhalve maand bij mijn zoontje in het ziekenhuis gebleven.”
“Plotseling moet je je leven volledig anders inrichten. Soms lees je weleens over ouders die zoiets overkomt en dat kun je dan al goed meevoelen. Maar als je eigen kind ziek wordt, is het zo raar en anders. Mijn zwangerschap was al een onverwachte change of plans, maar dit natuurlijk nog veel meer.”
Christen
“Ik ben christen en mijn geloof helpt me. Vooral in de periode dat ik bij mijn zoontje in het ziekenhuis zat. Mensen om me heen huilden, maar ik voelde echt de kracht om te schakelen en allerlei praktische zaken te regelen.”
De klap kwam later, toen haar zoontje eenmaal uit het ziekenhuis was en Ramatu samen met hem in een ouder-therapiegroep zat in het revalidatiecentrum. “Dan ga je beseffen hoeveel schade zo’n hersenvliesontsteking aanricht. Mijn zoontje hield er bijvoorbeeld een complexe epileptische stoornis aan over. Als je je verhaal deelt met andere ouders, en je luistert naar hun jarenlange ervaringen, merk je pas hoe groot de impact is.”
Blij en trots
Na die intens heftige periode is haar leven nu weer in kalmer vaarwater. “Het gaat met ups en downs, maar je ziet dat mijn zoontje weer stappen maakt in zijn ontwikkeling. Met elk klein dingetje zijn we superblij en trots.”
Terwijl haar zoon drie keer per week therapeutische dagbehandeling in een peutergroep krijgt, aangevuld met één dag specialistische opvang, heeft Ramatu haar studie weer opgepakt.
“Ik heb een half jaar thuis gezeten, maar de focus ligt nu weer op de toekomst. In die periode thuis wist ik al dat ik weer wilde studeren. Ik hou heel veel van mijn zoontje, maar alleen maar met hem bezig zijn vind ik te intensief. Ik moet ook afleiding hebben.”
Ze studeert nu Pedagogiek, wat aanknopingspunten biedt in de zorg voor haar kind. “Ja, dat was zelfs een beetje de reden om daarvoor te kiezen. De opleiding heeft me er bijvoorbeeld toe aangezet meer te lezen over de (al dan niet verstoorde) ontwikkeling van peuters. Door de opleiding voel ik me ook zekerder in gesprekken met artsen. Ik heb nu meer handvaten om beter voor mijn kind op te komen.”
Geen vreemde eend
Het geloof helpt haar om dingen beter met elkaar in balans te brengen. “In de Bijbel lezen en naar de kerk gaan geeft me steun en bemoediging. Verder helpt het om bewuster te kijken naar wat ik in mijn leven doe. En dat is heus niet altijd super-spiritueel hoor. Het is soms net zo goed de praktische houvast dat er altijd licht is aan het eind van de tunnel ...”
Gelukkig biedt de volledige lockdown haar toch wat ruimte: “Bij Fontys heb ik een uitzonderingspositie gekregen. Dat betekent dat ik nu nog steeds naar school kan. Ik heb thuis veel beslommeringen, waardoor ik supersnel afgeleid ben en de studie er nogal eens bij inschiet. Op school is er meer rust. Omdat ook de dagtherapie van mijn zoontje gewoon doorgaat, is mijn ritme nog een beetje hetzelfde.”
Ze voelt dat ze in een andere leefwereld zit dan haar medestudenten. “Na school is het voor mij niet lekker uitchecken en ontspannen. Dan ga ik meteen weer de zorgtaak in.”
Klasgenoten houden rekening
Maar tegelijk is ze ook een nieuwsgierige eerstejaarsstudente die aansluiting zoekt en vindt bij de rest van groep. “Zij kennen mijn verhaal en letten ook wel een beetje op me. Heel lief dat ze oprecht rekening met mij houden. En naar me luisteren: als ik over een ziekenhuisbezoek of zo vertel, zijn mijn klasgenoten een en al oor.”
“Ik merk trouwens dat ik dan niet meer alleen als moeder praat. Ook al een beetje vanuit de pedagogische achtergrond. Dat haalt soms ook de zwaarte wat weg, gelukkig.” [Frank van den Nieuwenhuijzen]
Ga zo door!
Groetjes van een troste klasgenoot (:
Respectvol en krachtig leer je nu weer verder. Zoekend naar mogelijkheden en ook zorgend voor jezelf. Je blijft die uitblinker, ook in ons programma en ik vind het tof dat ik een stukje met jou mee mag reizen.