Tilburg, Sittard,
23
januari
2019
|
17:37
Europe/Amsterdam

'Opleidingen lijden onder imago leraren'

De lerarentekorten lopen verder op, blijkt uit de jongste cijfers die het ministerie van Onderwijs vorige week bekend maakte. Goed nieuws voor jongeren die leraar willen worden, zou je denken: die hebben de banen voor het uitzoeken. Toch loopt het geen storm op de lerarenopleidingen en pabo’s, ook niet bij Fontys. 

Het aantal aanmeldingen bij FLOT (Fontys Leraren Opleidingen Tilburg) daalt komend jaar weer iets, verwacht directeur Yvonne Visser. Op de open dag afgelopen zondag kwamen aanzienlijk minder scholieren af dan vorig jaar. Precieze cijfers zijn nog niet bekend.

Terugloop
Haar collega Anton van den Brink in Sittard (FLOS) knijpt zich iYvonne Vissern de handen met een nog drukke open dag en een ‘redelijk constante instroom’. Landelijk is er, op basis van aanmeldcijfers, bij de lerarenopleidingen een terugloop van de instroom van 6 procent. 

Daarbij is de druk groter in de Randstad, maar dat geldt vooral voor het basisonderwijs. In het voortgezet onderwijs zitten de verschillen niet in de regio’s maar in de vakken.

De opleidingen lijden, is Vissers stellige overtuiging, onder het imago van het beroep van leraar. Het beeld van een zwaar onderbetaalde stumper die zijn grote klas amper onder controle krijgt, geconfronteerd wordt met te assertieve ouders en ook nog eens bedolven wordt onder allerhande administratieve taken, heeft zich in ons collectieve brein vastgezet.

Ommekeer
Terwijl er wel degelijk een voorzichtige ommekeer gaande is, zegt de directeur. “Je merkt dat er meer aandacht is vanuit de politiek voor het vak van leraar. Het optrekken van de salarissen in het primair onderwijs is er een voorbeeld van.”

Vissers noemt ook het halveren van het collegegeld in het tweede jaar speciaal voor de lerarenopleidingen – “al vinden wij dat dan een slechte maatregel”. 

Ook de ministers van Onderwijs hinten op een trendbreuk: de tekorten lopen iets minder snel op dan eerder verwacht werd. Niettemin voorspellen zij een tekort van 4200 voltijdbanen over 5 jaar in het basisonderwijs en van 1.075 in het basisonderwijs. Om over de tekorten over tien Anton van den Brinkjaar nog maar te zwijgen.

Houdbaarheid
Van den Brink maakt zich zorgen over de financiële houdbaarheid van de opleidingen. “Wij hebben 800 studenten voor 13 opleidingen, die ook nog verspreid zijn over deeltijd en voltijd.” De spoeling wordt dun, wil hij zeggen.

Aan de inhoud van de opleidingen ligt het in ieder geval niet dat het geen storm loopt, zo stelt Visser. “Kijk maar naar de scores in de Nationale Studenten Enquête.”

Verbeteringen
Maar is het daarmee afgedaan, valt er niks meer te verbeteren aan de opleidingen? “Natuurlijk kunnen wij nog verbeteren. En het is ook aan ons om te laten zien wat een fantastisch beroep je hebt als je straks voor de klas staat.”

Hoe dan? Visser: “Wij maken de opleiding aantrekkelijker door steeds meer op te leiden samen met het werkveld, dus direct in de school. We organiseren ook stages op andere plekken, in bedrijven bijvoorbeeld voor de studenten die leraar in een bètavak worden. Daarmee kunnen ze hun vak interessanter maken.” 

Ranking the class
Van den Brink is enthousiast over Ranking the class, waarbij vierdejaarsstudenten en hun 4- en 5 havo-leerlingen beoordelen op hun teacher skills en vice versa. “Er blijken er altijd wel één of twee heel geschikt. Het is een manier om de aandacht op de lerarenopleiding te vestigen.” 

Ook het proefstuderen, waarbij havo-5-leerlingen alvast twee studiepunten kunnen halen door twee uurtjes per week mee te draaien op de lerarenopleiding, loopt volgens Van den Brink prima. 

Enthousiasme
Yvonne Visser wil een hartenkreet kwijt: “Er moet gewoon veel meer positieve aandacht voor het beroep komen! Ik wil vaker enthousiaste leraren en studenten zien. De aandacht is te vaak negatief, ook nu weer: het lerarentekort en de problemen die dat met zich meebrengt.” [Debbie Langelaan]

Reacties 1 - 1 (1)
Bedankt voor uw bericht.
Hans Smits
25
January
2019
Een 53-jarige vriend van mij is dit studijaar begonnen aan de eenjarige Universitaire Masteropleiding voor Docent Economie. Hij mag wel stagelopen op een middelbare school en krijgt de volledige verantwoordelijkheid voor drie Havo 4-klassen, onder begeleiding van een mentor, maar dat alles zonder enige vergoeding. Hij geeft dus eigenlijk onbevoegd, maar ook onbetaald les. Gelukkig is hij niet onbemiddeld, anders was het niet te doen geweest. Hoe kun je nou het lerarentekort verhelpen als je zulke slechte randvoorwaarden creërt voor goedwillende, gemotiveerde zij-instromers?
Mijn toekomstige 31-jarige Duitse schoondochter, mijn zoon woont en werkt in Berlijn, gaat vanaf februari een docentenopleiding van anderhalf jaar doen in Duitsland voor Docent Duits en Kunstgeschiedenis. Zij krijgt tijdens haar stage op een school al een goed salaris met het vooruitzicht op een nog beter, riant salaris als zij eenmaal is gekwalificeerd. Zij had ook nog in Nederland gekeken om een opleiding voor Docent Duits te doen, maar de randvoorwaarden waren helemaal niet aantrekkelijk. Vinden wij het gek dat de status van docent in Nederland niet hoog is? Er wordt veel te weinig gedaan om goede voorwaarden te scheppen om de juiste mensen binnen te halen en te houden.....