Leren van het Jeugdjournaal
De wereld is fascinerend. Dat geldt zeker ook voor dat ieniemienie stukje wereld dat wij Nederland noemen. Met regelmaat raak ik dan ook vervuld van een gevoel van trots op ons kikkerlandje.
Trots wanneer ik bijvoorbeeld naar een werk kijk van Johannes Vermeer, wanneer ik naar muziek luister van Armin van Buuren, wanneer ik pannenkoeken eet in de Mariënwaerdt, wanneer ik langs de bollenvelden rijd, wanneer ik naar het Escher-museum in Den Haag ga, wanneer ik de gave ontwikkelingen aanschouw rond Strijp-S in Eindhoven of de Spoorzone in Tilburg, wanneer ik me op de Dutch Design Week verwonder, wanneer ik over de Erasmusbrug in Rotterdam loop, wanneer ik over de Friese meren vaar en wanneer ik de boot pak naar Vlieland.
Maar het meest trots op ons kikkerlandje ben ik wanneer ik naar het Jeugdjournaal kijk.
Het Jeugdjournaal bestaat bijna net zo lang als dat ik op deze wereld rondloop; we zijn samen groot geworden. Nederland was samen met Groot-Brittannië het eerste land ter wereld waar een journaal speciaal voor kinderen werd gemaakt. Sindsdien zijn 'we' uitgegroeid tot een sterspeler in de wereld van de kinderjournaals en geven we masterclasses aan landen die ook een kinderjournaal willen maken.
Vrijwel iedere uitzending van het Jeugdjournaal denk ik ‘wow!’. De energie die van de presentatoren afspat, de mooie mix tussen leuk en minder leuk nieuws, de manier waarop ingewikkelde kwesties eenvoudig worden uitgelegd zonder kinderachtig te zijn en bovenal de totale focus op de doelgroep. Of het nu over het milieu, over de asielzoekerskwestie of over daklozen gaat, alles wordt vanuit het perspectief van het kind gebracht. Vooral voor dat laatste kan ik enkel bewondering voelen.
Ik vraag me weleens af in welke mate wij bij Fontys volledig vanuit het perspectief van de student functioneren, en in welke mate wij opereren vanuit de belevingswereld van onze doelgroep.
Aan haar docenten biedt Fontys allerlei cursussen aan, van Future Networking Skills tot een ademsessie om kennis te maken met de kracht van ademen (ja echt!), maar geen cursussen over de generatie-typische eigenschappen van onze doelgroep of over sexy onderwijsmethodieken die aansluiten bij de belevingswereld van onze studenten.
Deze kennis is vanzelfsprekend binnen Fontys te vinden, maar het is tot op heden geen 'common sense' om alle docenten Fontys-breed een jaarlijkse studieweek ‘Denk groter voor docenten’ aan te bieden. En dan bedoel ik natuurlijk niet van die, met alle respect, lullige studiedagjes per instituut maar een Fontys-brede kick-ass-gave knalweek.
Het zou zomaar kunnen dat wanneer we vol investeren in docentvaardigheden in relatie tot onze doelgroep, dat die doelgroep dan ook apentrots op Fontys wordt!
Eveline van Zeeland neemt graag Fontys-gedrag onder de loep. Daarnaast is zij Associate Lector Smart Marketing & Strategie bij FHMM en auteur van Basisboek Neuromarketing.
Top voorstel, afstemming op de mensen met wie je werkt is de basis!
Wanneer gaan we daar iets over voorbereiden?