Eindhoven,
22
mei
2017
|
17:04
Europe/Amsterdam

'Laat Dekker maar eens voor de klas gaan staan'

UPDATE - Eerstejaars van de Fontys-pabo in Eindhoven steunen de roep om een hoger salaris in het basisonderwijs. Het werk is moeilijker dan in het voortgezet onderwijs, vinden zij.

Opschudding in onderwijsland: staatssecretaris Sander Dekker (VVD) vindt het prima dat leraren op de basisschool minder verdienen dan in het voortgezet onderwijs. Lesgeven aan ‘een klas met pubers’ is volgens Dekker namelijk ‘wat anders’ dan het werk op de basisschool. De belangengroep van basisschoolleraren PO in Actie reageerde dit weekend boos, en zegde het vertrouwen in Dekker op. Wat vinden studenten van de Fontys Lerarenopleiding Basisonderwijs in Eindhoven van de uitspraak van Dekker? En hoe kijken ze aan tegen de roep van PO in Actie om een hoger salaris en minder werkdruk?

Maatwerk is moeilijker
"Laat Dekker zelf maar eens voor de klas gaan staan”, schampert Femke Udo. Ze krijgt bijval van de groep eerstejaars die om haar heen zit te lunchen op het terras van de pabo. Lesgeven op de basisschool is moeilijker dan op een middelbare school, vinden ze. “Op de basisschool moet je je lessen aanpassen aan de verschillende niveaus van de leerlingen. Dat is een stuk ingewikkelder”, zegt Ramon Brusselers.

“Je moet alle ontwikkelingen bij kinderen in de gaten houden, en vaker dan op de middelbare school extra begeleiding geven”, vult Eva van Overbeek aan. “En je bent met veel verschillende vakken bezig, terwijl docenten in het voortgezet onderwijs zich op een vak kunnen richten.” Daarbij moeten leraren in het primair onderwijs zich ook nog eens veel meer bekommeren om het wel en wee van de leerlingen, denkt Nicole Daris. “Het sociale proces is een groter onderdeel.”

Salaris moet omhoog
Het startsalaris van een leraar? “Dat is ongeveer 1900 euro bruto”, weet Eva. Dat moet omhoog, daar zijn de studenten het over eens. “Als je ziet hoeveel leerkrachten er overspannen zijn, mag er best wat bij”, vindt Eva. “Er komt bovendien een lerarentekort aan. Als je meer leraren wilt trekken, zal het salaris omhoog moeten”, denkt Nicole.

De huidige beloning draagt niet bij aan de status van het vak, vinden de studenten. “Ik werd voor gek verklaard dat ik met mijn vwo-diploma pabo ging doen”, vertelt Nicole. “De pabo wordt door studenten van andere opleidingen de punnik-academie genoemd”, zegt klasgenoot Lobke van de Ven verontwaardigd.

De studenten hebben het idee dat veel leeftijdsgenoten de pabo links laten liggen vanwege het lage salaris. “Ik hoor dat mensen kiezen voor het geld”, zegt Luuk Guerand. “Als je als man kostwinner bent, kun je je gezin niet onderhouden met dit salaris”, denkt Ramon. Lobke: “Met een mbo-opleiding in de economie kun je meer doorgroeien in salaris dan als leraar.”

‘Leftovers’
Wat zegt dat over de groep die wel voor de pabo kiest? “Wij zijn de ‘leftovers’ die het echt heel graag willen”, grapt Eva. “Voor mij was het niet moeilijk. Ik heb altijd al voor de klas willen staan. Ik vind het prachtig om te zien hoe kinderen zich ontwikkelen, en hen daarin te begeleiden.”

Luuk en Lobke overwegen om na de pabo door te studeren, maar niet alleen vanwege het lage salaris in het onderwijs. “Ik wil sowieso niet mijn hele leven op een basisschool werken”, zegt Luuk. “Ik zou graag iets met probleemjeugd doen. Het zou fijn zijn als daar ook meer salaris bij komt kijken.”

En de werkdruk in het basisonderwijs? “Daarover maak ik me niet zo’n zorgen”, zegt Eva. De pabo is een pittige opleiding geworden, vertellen de studenten. Eva: “Als je deze opleiding aankunt, dan lukt het met die werkdruk straks ook wel.” [MvdW]

UPDATE: Ook De Volkskrant schrijft dat leraren kampen met een imagoprobleem. De leraar basisonderwijs staat op plek 69 in de Beroepsprestige top-100, net onder de verzekeringsagent en de douane-ambtenaar.

(Op de portretfoto's: Nicole Daris en Luuk Guerand)