Eindhoven,
06
oktober
2021
|
09:52
Europe/Amsterdam

Korter studiejaar, helpt dat ook in het hbo?

Het studiejaar moet korter, stelt platform De Jonge Akademie; dat verlaagt de werkdruk en schept meer tijd voor onderzoek en andere kerntaken. Een goed idee of niet? 

Nederlandse docenten besteden nu anderhalve maand per jaar langer aan onderwijs dan hun collega’s in bijvoorbeeld België. Daar moet verandering in komen, is de conclusie van De Jonge Akademie. 

Onderzoek en andere kerntaken komen in het gedrang door het vele doceren en toetsen, stelt het platform in zijn rapport dat begin september uitkwam. Studenten en docenten ervaren bovendien een zeer hoge werkdruk in het studiejaar dat tussen september en juli nauwelijks rustmomenten kent. 

Flexibele onderwijskalender 
De Jonge Akademie komt met de aanbevelingen om het aantal onderwijs- en toetsweken bij universiteiten omlaag te brengen en de onderwijskalender flexibeler in te richten.
 

Als het aan de Jonge Akademie ligt wordt hier ook in het hbo werk van gemaakt. Het platform ziet vooral voordelen van minder onderwijsweken. Zo wordt niet alleen de werkdruk verlaagd, maar krijgen studenten ook meer autonomie in hun studie.

Twee kanten
Jan Staes, onderwijsmanager bij Fontys Jan StaesHogeschool voor de Kunsten én docent aan het Koninklijk Conservatorium in Antwerpen, kent het verhaal van twee kanten. 

Een korter of langer studiejaar, daar moet het debat volgens Staes helemaal niet over gaan. “In België hebben we vijf tot zes weken minder contactonderwijs per jaar en wordt er meer aan zelfstudie gedaan, maar de werkdruk is daar voor docenten ongeveer hetzelfde.” 

Moeilijk vergelijken 
Staes vindt het lastig om een goede vergelijking te maken tussen het onderwijs in beide landen. “Je gaat dan snel generaliseren, terwijl het per opleiding verschilt. Sommige studies die in Nederland vier jaar duren, worden in België over vijf jaar uitgesmeerd. En ook de periodes van contactonderwijs en toetsweken verschillen per opleiding.” 

Volgens Staes moet de discussie eerder gaan over de manier waarop het studiejaar wordt inrichten. “Hoe kunnen we de tijd optimaal en vanuit goede pedagogie en didactiek invullen? Dat is de vraag waarmee wij aan de slag moeten.” 

Leerwegonafhankelijk toetsen 
Die discussie over onderwijsontwikkeling en nieuwe manieren van toetsen, zoals ‘leerwegonafhankelijk toetsen’ of ‘werken vanuit leeruitkomsten’, wordt in Nederland volgens Staes veel breder gevoerd dan in België. Ook binnen Fontys. 

“Kijk naar de educatieve opleidingen die aan de vooravond van een ingrijpende transitie staan. Daar worden alle docenten en ook studenten ruim bij betrokken, iedereen wordt uitgedaagd om zijn zegje te doen. In België wordt deze discussie veel meer gevoerd op beleidsniveau.” 

Winst behalen
Volgens Staes is met een andere manier van toetsen ook winst te behalen. “Het is beter om studenten doorlopend te monitoren en te kijken waar ze staan in hun leerproces.” Studenten moeten daarbij volgens hem een grotere mate van verantwoordelijkheid krijgen, en leren. 

“Dan krijg je een andere cyclus van lesgeven, doorgeven en begeleiden wat op termijn kan leiden tot werkdrukontlasting en wellicht een korter studiejaar. De taken van de docent gaan daarmee niet minder worden, maar wel anders.” 

 Een dergelijke aanpassing van de opleidingen gaat niet van de een op de andere dag, beseft Staes. “Hier moet je dan echt werk van maken en de docenten ook op trainen, die moeten natuurlijk wel toetsbekwaam zijn. Er wordt namelijk een andere competentie van hen gevraagd.” [Ivo van der Hoeven] 

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.