Eindhoven/Venlo/Tilburg,
10
juli
2020
|
08:42
Europe/Amsterdam

Instituten leggen puzzel voor komend studiejaar

De naderende zomervakantie sluit een turbulente periode af vol opeenvolgende veranderingen. Het komende studiejaar zal in ieder geval volgens ‘het nieuwe normaal’ beginnen. Wat kunnen Fontys-medewerkers en -studenten vanaf september verwachten? “We gaan de avonden in met ons rooster.”

Het centrale crisisteam heeft een aantal algemene spelregels opgesteld. Zo moet in gebouwen 7 m2 per persoon aangehouden worden om het maximale aantal personen te bepalen. Voor onderwijsruimtes geldt 5 m2 per persoon, omdat daar geen doorstroming is. In praktijklokalen moet een zogenoemde corona-coördinator aanwezig zijn. De werkplekken van medewerkers zijn berekend volgens de Arbonorm van 9 m2 per persoon.

Om reispieken in het openbaar vervoer te voorkomen, moeten hogescholen minimaal twee begintijden en twee eindtijden hanteren. Met dit soort richtlijnen kunnen Fontys-instituten handen en voeten geven aan hun specifieke situatie. Een rondgang langs een aantal directeuren leert dat daarin nog veel verschil zit.  

Bram ten Kate, directeur Fontys International Business School Venlo:  

 “De roosteraars zijn bezig met de lessen voor het komende studiejaar, afhankelijk van de capaciteit per ruimte op onze campus. Dat is echt een puzzel. In sommige gevallen kunnen we die capaciteit wat verruimen: tot voor kort was het maximum 996 studenten in gebouw W1, dat is 1354 geworden.

We willen zoveel mogelijk lesgeven op locatie, waarbij eerstejaarsstudenten en praktijklessen voor de opleidingen Techniek en Logistiek voorrang krijgen. Theoretische lessen, zoals voor de opleidingen Economie en Marketing, zullen grotendeels online plaatsvinden. De precieze verhouding tussen digitaal en klassikaal onderwijs is nog onduidelijk.

Verder hebben we een groot aantal internationale studenten, van wie de meesten uit Duitsland komen. Die zien we ‘gewoon’ als regionale studenten hoor, hun reisafstand is verwaarloosbaar. Het spannendst zal het worden voor studenten uit Oost-Europa en van buiten de EU. We moeten afwachten hoeveel er daadwerkelijk naar Nederland kunnen en willen komen. Overigens is onze inschatting dat sommigen pas in februari 2021 hun studie starten, omdat ze hun plannen uitstellen.”

Maarten van Andel, directeur Fontys Hogeschool Toegepaste Natuurwetenschappen:  

“Bij ons bestaat het onderwijs voor ruwweg de helft uit praktijklessen, het is echt laboratoriumwerk. De afgelopen maanden hebben we dat opgevangen met simulatiesoftware: een goede aanvulling, maar geen vervanging voor het handwerk dat studenten echt moeten oefenen. Dus we breken nu ons hoofd over hoe we onze praktijklokalen straks weer kunnen gebruiken.

Normaal werken we met groepjes van 24 personen in een lab, dat moet de helft worden. Dit betekent dat lessen gespreid worden en we dubbel zoveel labtijd nodig hebben. We gaan daarom wel de avonden in met ons rooster. Daarnaast worden theoretische colleges live gestreamd. Eigenlijk wordt dat een carrousel van verschillende lessen waarin iedereen rouleert. Op die manier kunnen zowel studenten als medewerkers minstens een keer per week in het gebouw zijn.

Verder gelden er strikte looproutes in de labs. In een gewoon klaslokaal hoeft dat niet omdat iedereen daar op een vaste plek zit, maar in een lab is nou eenmaal beweging. Omdat alle instituten met praktijkopleidingen, zoals Engineering en de Sporthogeschool voor zulke uitdagingen staan, wisselen we onderling ideeën en ervaringen uit.”

Ad Vissers, directeur Fontys Hogeschool ICT:  

 “Wij kennen een onderwijsvorm waarbij klassikaal lesgeven en roosters nagenoeg geen rol spelen. Onze studenten leren en werken zelfstandig en normaliter zijn in het gebouw docenten aanwezig voor vragen. Dat laatste is de afgelopen maanden omgezet naar een digitale omgeving. Dat ging prima, maar vooral omdat er in de eerste helft van het studiejaar al een vertrouwensband was opgebouwd.

Dat wordt in het nieuwe jaar voor de propedeusestudenten wel lastiger, dus zij krijgen prioriteit bij toegang tot het gebouw. Eerstejaars mogen dan twee à drie keer per week naar binnen, ouderejaars een keer per week. Medewerkers mogen alleen aanwezig zijn als dat ‘betekenisvol’ is voor de studenten.

Zo moet er bijvoorbeeld iemand aanwezig zijn in het uitleenmagazijn: een ruimte met spullen die studenten kunnen gebruiken voor practica zoals kleine robots, smartphones, camera’s of netwerkcomponenten.”

Nus Waleson, directeur Fontys Hogeschool HRM en Psychologie:  

“Onze opleidingen zijn natuurlijk heel mensgericht, daarom is het belangrijk dat we informele ontmoetingen tussen studenten onderling en met docenten formeel inroosteren. Daar worstelen we mee, zeker gezien de stijging van het aantal aanmeldingen. Bovendien wordt dat aantal nog hoger omdat negatieve studieadviezen en stages uitgesteld zijn. Eigenlijk hebben we straks driemaal zoveel studenten als dit studiejaar.

Dus we moeten ruimtes gaan huren, vooral in Eindhoven. Daar hebben we de afgelopen tijd bijvoorbeeld bioscoopzalen afgehuurd. Want de aanvankelijke norm van 10 m2 per persoon was voor ons echt onmogelijk. Daarmee konden maar vijf personen in een lokaal, terwijl er normaal dertig zitten. Nu die norm voor komend studiejaar gehalveerd is, kunnen we tien studenten kwijt, nog steeds erg weinig.

Digitaal onderwijs blijft hoe dan ook belangrijk. Wel gaan we dat aanpassen; niet meer lessen een-op-een omzetten naar een online vorm, maar didactischer insteken met korte kennisclipjes van steeds tien minuten: bewegend beeld, een talking head en aansluitend een opdracht als verwerkingselement.” [Anke Langelaan]

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.