Eindhoven,
13
mei
2022
|
10:41
Europe/Amsterdam

Fontys ICT: een halve eeuw aanhaken bij veranderingen

Fontys Hogeschool ICT viert het vijftigjarig jubileum. In de afgelopen vijf decennia zijn de ontwikkelingen binnen de sector niet bij te houden. Toch doen vier medewerkers een poging: “Over tien jaar bestaan we misschien niet meer.”

In 1971 start de eerste lichting studenten aan het Hoger Informatica Onderwijs (HIO). Ruim dertig jaar later gaat deze opleiding samen met Bedrijfskundige Informatica en Technische Informatica op in Fontys Hogeschool ICT. Vandaag onderscheidt dat instituut zich met zelfsturende, puur praktijkgerichte opleidingsconcepten, die moeten inspelen op de continu veranderende werkelijkheid.

Eric SlaatsDynamiek
Docent Eric Slaats begint nog op de HEAO, waar hij mee sleutelt aan de opleiding Bedrijfskundige Informatica. Als MT-lid maakt hij het ontstaan van FHICT van nabij mee: “Dat had voeten in de aarde, niet alleen organisatorisch. De culturen van de drie takken verschilden. Zo vonden de hands on-elektrotechnici van Technische Informatica het raar om voortaan op te trekken met de business-kant.”

De koudwatervrees verdween, ook omdat je in het vakgebied ICT geen tijd hebt om lang stil te blijven staan. “Je moet mee met een onophoudelijke stroom ontwikkelingen. Ik ben nu 60 en studeerde ook Informatica. In mijn tijd bestonden er nog niet eens PC’s. Niemand kon voorzien hoeveel impact ons vak zou krijgen.”

Nieuwkomers in het curriculum als kunstmatige intelligentie, big data en blockchain zijn inmiddels onderdeel van de brede FHICT-bacheloropleiding. “Dat maakt dat voor die varianten niet steeds een CROHO-registeraanvraag nodig is. Elke keer als er een nieuwe, relevante ontwikkeling plaatsvindt binnen ICT, schrijven we die binnen één week in ons curriculum.”

Harde kennis vervangen door soft skills
In 2018 is Slaats aanjager van een andere manier om het verandertempo in de sector bij te houden. “Binnen de Open opleiding die toen startte, formuleren studenten zelf courante leervragen, gericht op de eisen van het werkveld. Ook dat zorgt dat we veranderingen snel pareren.”

Voor traditionele middelen als klassikaal onderwijs en toetsing komt projectonderwijs en het aanleren van soft skills in de plaats. “Samen met opdrachtgevers werken studenten aan reële problemen. We bieden hen de tools om die vraagstukken aan te gaan. Vaardigheden als probleemoplossend denken en flexibel handelen. Zo leer je mensen eigenlijk hoe ze relevante problemen van de toekomst tackelen, zonder dat we al precies weten hoe die eruitzien.”

Gezien de grote dynamiek en urgentie vindt Slaats het vreemd dat het vak ICT op de middelbare school nog steeds een keuzevak is. “De aansluiting met de samenleving kan beter. ICT is relevanter dan een vak als Frans. Zeker, dat was ooit de taal van de elite. Maar dan praat je toch over 1900? Met het vak ICT kijk je juist niet terug maar vooruit.”

Rob VerhoevenOnvergelijkbaar
“Ik heb nog les gehad van Eric Slaats”, zegt docent Rob Verhoeven. “Bij Bedrijfskundige Informatica kregen we ICT-onderwijs uit de oude doos, bijvoorbeeld in ‘computerlokalen’ waar dertig diskette-vretende bakken stonden. Nu lopen onze studenten met gaming laptops.”

Na een master en een jarenlange baan als ICT-consultant, begon hij in 2014 als docent. Wat hem opvalt, is dat de match met de praktijk zoveel sterker is dan vroeger. “In real life-projecten worden studenten nu dus geconfronteerd met dringende klantvragen. Een veel rijkere leercontext dan de reader met stoffige casussen die ik gewend was.”

Het zorgt dat afstudeerders goed beslagen ten ijs komen. “Als IT-consultant bij grote software-implementaties begon ik destijds from scratch. Twee derde van mijn theoriekennis bleek ineens minder relevant. Dus leerde ik het vak in de praktijk. Juist dat zelf moeten uitvinden van het wiel, wordt studenten nu expliciet bijgebracht. Alumni zijn zelfredzamer doordat ze ‘leren hoe ze moeten leren’.”

Talent botvieren
Een ander verschil tussen vroeger en nu is talentontwikkeling. Onder zijn studenten treft Verhoeven soms ‘vakidioten’ met een enorme intrinsieke motivatie voor hun stukje van het werkveld. “Juist daardoor komt ons onderwijs volle bak tot zijn recht. In mijn tijd had je ook geïnspireerde studenten, alleen was het heilig vuur minder zichtbaar. Ze werden gedwongen hetzelfde gebaande pad te volgen als alle anderen.”

De Open opleiding maakte daaraan een eind, net als aan de docent met de grote kennisvoorsprong. “De docent van vroeger had de expertrol en het doorgeven van die kennis aan studenten was eenrichtingsverkeer. Wij acteren didactisch nu totaal anders. Ik ben geen ‘zender’, maar vragensteller. Ik ben de coach die het gesprek aangaat en studenten leert reflecteren op wat ze zelf ontwikkelen.”

Martijn RuissenBinnenkruipen
Martijn Ruissen is inmiddels elf jaar FHICT-docent. “De grootste shift in mijn periode is dat alumni nu zonder ‘houdbaarheidsdatum’ de arbeidsmarkt op gaan. Vroeger bleef je door een gespecialiseerd uitstroomprofiel in de eerste jaren aardig relevant in de sector; nu heb je een gereedschapskist met soft skills die tot aan je pensioen meegaat.”

De context voor studenten is veranderd omdat ICT-vragen inmiddels overal inkruipen. “De strippenkaart werd een OV-chip en de rinkelkassa een zelfscan-systeem. Onze samenleving omarmt ICT-technologieën steeds vaker en sneller.”

Die excessieve groei leidt ertoe dat studenten moeten leren om kritisch door te vragen. “Als de slager op de hoek een klantapp met webshop wil, is de eerste reactie: doen we. Maar als je afzetmarkt vooral ligt in een straal van tweehonderd meter, ligt een andere (analoge) manier om je doelgroep te bereiken meer voor de hand.” Anders gezegd: de vraag die gesteld wordt raakt niet altijd de kern van het probleem. “Ook dat moeten studenten leren blootleggen.”

Toekomst
Met een blik op de toekomst zegt Ruissen: “Mijn volgende elf jaar voorspellen is onmogelijk. Wel vermoed ik dat Fontys Hogeschool ICT tegen die tijd niet meer bestaat.”

Doordat toepassingen steeds specialistischer worden, zal de ICT-kant volgens hem versnipperd raken en deel gaan uitmaken van afzonderlijke opleidingen als zorg en journalistiek. “Bijna elke beroepstak heeft al unieke, branche-eigen ICT in zich. Programma’s van eisen worden dusdanig gedetailleerd dat het generieke karakter verdwijnt.”

Evengoed zal FHICT daarin een cruciale rol kunnen spelen, denkt Ruissen: “De specialistische vragen die zich dan in die verschillende contexten voordoen kunnen wij prima faciliteren. We werken nu in de triple helix voor overheid, bedrijfsleven en samenleving. Dat wordt dan een quadruple helix, waaraan ook de sector onderwijs is toegevoegd. Alleen werken we dan dus waarschijnlijk niet meer in één eigen instituut maar decentraal bij de opleidingen.” [Frank van den Nieuwenhuijzen]

Reacties 1 - 1 (1)
Bedankt voor uw bericht.
Ella Hueting
14
May
2022
Mooi overzicht van ontwikkelingen in ict onderwijs. Wat is er ontzettend veel veranderd in dat vakgebied. En wat heet Fhict hier goed op ingespeeld.