Eindhoven, Tilburg,
01
oktober
2019
|
21:40
Europe/Amsterdam

'Familiebedrijf neem je niet zomaar even over'

Studenten en familiebedrijven profiteren van elkaars ervaring

We vieren vandaag de Dag van het Familiebedrijf, maar valt er ook wat te vieren? ‘Familiebedrijven’ en ‘opvolgingsproblematiek’ worden vaak in één adem genoemd. Bij diverse Fontys-opleidingen worden momenteel echter opvolgers klaargestoomd. “Bij mij is een knop omgegaan.”

Dyinti Aarts (21) zat in het eerste jaar van zijn studie Technische Bedrijfskunde, toen zijn moeder na een ziekbed overleed. In de periode daarvoor probeerde hij het bedrijf van zijn ouders te runnen – een kwekerij van tuinplanten – terwijl zijn vader zich om zijn partner bekommerde. “Zo heb ik er veel meer verstand van gekregen en ontdekte ik dat ondernemen iets voor mij is”, herinnert hij zich.

Want Dyinti hielp daarvoor weliswaar mee in het Astens bedrijf, toch zag hij het vak niet echt zitten. Tot de rampspoed anders bepaalde. “Bij mij is een knop omgegaan. Om echt liefde voor planten te hebben, moet je ermee bezig zijn. Ik ben nu ook veel meer met klanten bezig, met het maken van ontwerpen. Dat wordt mijn ding.”

Studentondernemer
De inmiddels vierdejaars kreeg van het Fontys Centrum voor Ondernemerschap ook de status van studentondernemer, met de bijbehorende begeleiding.

Het bedrijf dat zijn vader 35 jaar geleden oprichtte, heeft met zijn hulp inmiddels ook een deugdelijke website gekregen. Ook zorgde hij ervoor dat orders werden gedigitaliseerd.

“De laatste jaren gaat het heel hard, we kunnen het niet aangesleept krijgen”, constateert Dyinti tevreden. Na het afstuderen volgend jaar, gaat hij eerst nog opleidingen plantenkennis en tuintekenen volgen. “Maar de bedoeling is dat ik het bedrijf van mijn vader binnen vijf jaar overneem.”

Sparren
Ook studentondernemer Martijn Boere (21) mag graag sparren met de docenten van zijn opleiding Commerciële Economie (CE). Martijn Boere monteert een mand op een fietsHij heeft er veel baat bij: “Zij komen met innovatieve oplossingen. Daar haal ik inspiratie voor mijn eigen onderneming uit.”

Zijn webshop in fietsonderdelen en -accessoires Bikebudget.nl krijgt een klantbeoordeling van 9,3. Deze week verwacht Martijn de tweeduizendste review.

De liefde voor de fiets kreeg hij thuis in Prinsenbeek mee, waar zijn ouders een rijwielhandel hebben. Ook hun zoon hielp daarin mee, maar of hij de zaak te zijner tijd overneemt, vindt Martijn een lastig te beantwoorden vraag. De snellere wereld van het online zakendoen bevalt hem prima na anderhalf jaar. Zijn afzetgebied is heel Nederland en België, terwijl de ‘fysieke zaak’ toch vooral de lokale markt bedient.

Service
Wel kijkt hij met een jaloerse blik naar de service die zijn vader en moeder kunnen bieden: een gratis servicebeurt bij aankoop van een fiets. Of klanten, die met een defect aan hun rijwiel de werkplaats binnen lopen. “Ik probeer mijn klanten zoveel mogelijk service te geven. Maar een monteur aanbieden die de fiets kan bekijken, is veel lastiger.”

Momenteel volgt de derdejaarsstudent de richting CE Digital Business Concepts. Waar mogelijk helpen Martijn en zijn ouders elkaar. Hij met het bijhouden van hun website, zij met de jarenlange ervaring waarop ze kunnen bogen. Immers, opa begon al in 1956 met een fietsenzaak en zo is ook zijn vader in het vak gerold.

Sterk
“Want dat is het echt, een vak. Fietsen, auto’s; het zijn zaken waar familiebedrijven heel sterk in kunnen zijn. Maar je moet er wel voor gaan, er interesse in hebben. Je kunt het niet ‘zomaar’ even overnemen omdat je familie bent. Ik denk wel dat ik het in me heb.” [Tim Durlinger]

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.