Eindhoven,
22
februari
2022
|
14:08
Europe/Amsterdam

Docenten en extreme sporten: van triatlon tot ultraloop

Hardloopwedstrijden van tientallen kilometers of triatlons. Daar moet je veel voor trainen. Meerdere keren per week, vaak urenlang. Janno Barlage en Sander de Bart, beiden docent Fysiotherapie, doen het in combinatie met hun werk bij Fontys.

Janno Barlage werkt nu 3,5 jaar als docent bij Fontys. Hij woont in Oosterbeek, heeft een vrouw, twee kinderen en een hond. Hij groeide voor een groot deel op in Australië, de plek waar zijn passie voor sport is ontstaan.

“Australië is een sportland. Surfen, cricket, basketbal, voetbal. Sporten zit daar echt in de cultuur”, zegt Barlage. “Af en toe ging ik met mijn vader hardlopen. Toen vond ik het nog een saaie, domme bezigheid, maar ik denk wel dat het zaadje daar is geplant.”
Janno Barlage - foto: photossports.com
Passie
Op zijn negentiende verhuisde Barlage terug naar Nederland. Pas twintig jaar later is zijn passie voor hardlopen ontstaan. “Ik ben er heel functioneel mee begonnen om een stukje fitness op te bouwen. Toen ik samen met anderen een onderneming gericht op hardlopen begon, ben ik in het wereldje gaan duiken.”  

Barlage ging steeds vaker de deur uit voor een rondje, bouwde zijn aantal kilometers langzaam maar zeker op. Zes mijl werden er al snel dertig en die dertig zijn er nu bijna zestig. Oftewel: honderd kilometer. 

“Ik heb vorig jaar een aantal wedstrijden gedaan. Een daarvan was in Zwitserland: 73 kilometer met 5000 hoogtemeters. In Drenthe deed ik er een van 92 kilometer. Dit jaar wil ik de 100 kilometer aantikken. Die loop ik dan aan één stuk; ik doe er een uurtje of elf over. "

Grens over
Leuk is het die elf uur lang niet altijd. “Ik vraag mezelf tijdens een ultraloop meerdere keren af waarom ik dit doe. Waar ik dit aan heb verdiend. Of ik ooit de finish zal halen. Maar iedere keer kom je er weer doorheen. Zodra ik het einde heb gehaald, ben ik alweer met de volgende wedstrijd bezig.” 

Het mentale stukje weegt volgens Barlage zwaarder dan het fysieke. “Je traint tussen je oren”, zegt hij. “Je moet om kunnen gaan met de vermoeidheid, de pijn, de verveling. Hoe verder je loopt, hoe vaker je die grenzen tegenkomt. Je moet jezelf dwingen om daaroverheen te gaan.” [Tekst gaat verder onder de foto]

Iemand die als geen ander weet hoe dat moet - grenzen passeren - is Sander de Bart. De docent, die vier jaar geleden de stap naar het onderwijs zette, is in zijn vrije tijd druk met (het trainen voor) triatlons.

Hele triatlon
De kwart triatlon - bestaande uit 1 kilometer zwemmen, 40 kilometer fietsen en 10 kilometer hardlopen - heeft De Bart al meerdere keren gedaan. Zijn grote doel is om de hele te doen. Dat wil zeggen: 3,8 kilometer zwemmen, 180 kilometer fietsen en 42 kilometer hardlopen.

“Voor een triatlon train ik tien keer per week. Er zijn soms ook dagen dat ik twee keer train”, zegt hij. “Al mijn vrije tijd gaat er aan op. Mijn sociale leven bestaat uit sporten. Ik heb heel veel vrienden in dat wereldje.”

Presteren
Momenteel is het schema van De Bart wat rustiger. Het triatlonseizoen begint in de zomer pas weer en dat betekent dat hij nu meer tijd heeft om de focus op hardlopen te leggen. “Ik heb een tijdje geleden meegedaan aan de halve marathon in Eindhoven. In december wil ik de hele in Valencia gaan doen.” 

Meedoen is daarbij belangrijker dan winnen, vindt De Bart. “Al geniet ik ook heel erg van het prestatiestukje en de weg ernaartoe. Ik heb wel eens een triatlon gewonnen, maar ik kan mezelf geen Keniaan noemen.”  [Karen Luiken]

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.