Eindhoven,
19
maart
2019
|
16:20
Europe/Amsterdam

De portemonnee trekken voor onderwijs is geen luxe

Den Haag moet meer geld in het onderwijs stoppen, precies zoals afgelopen vrijdag door tienduizenden demonstranten uit het onderwijs werd geëist. Die grotere investering is geen politieke keuze, maar een maatschappelijke noodzaak, zo betoogt Fontys-voorzitter Nienke Meijer in onderstaand opiniestuk. 

‘Word ik straks ook beboet als ik te lang over mijn pensioen doe?’ Dit is geen uitspraak van een van onze studenten, maar een poster van Loesje. Zoals zo vaak, legt Loesje hier een vinger op een zere plek: de steeds schevere verhouding tussen de overheidsinvesteringen in jonge mensen (onderwijs) en de oudere generaties (pensioenen, zorg, werkloosheid).

Ter illustratie: in 2016 kostte de vergrijzing de overheid ruim vier (!) keer zoveel als ze uitgaf aan onderwijs: 23 procent van het Bruto Binnenlands Product versus 5,5 procent.

Natuurlijk begrijp ik dat de kosten van de pensioenen en zorg stijgen vanwege de vergrijzing. Ik pleit hier ook niet voor bezuinigingen op die terreinen. Waar het om gaat, is de bereidheid van het kabinet om te investeren in onderwijs: in salarissen, in de aanpak van het lerarentekort, en in onderwijsvernieuwing – in de hele keten, van po tot wo.

Die investeringen zijn de voorbije decennia niet gestegen, integendeel zelfs. Binnen de EU is Nederland met 5,5 procent een grijze middenmoter; omringende landen als België, Denemarken, Noorwegen en Zweden overtreffen ons ruimschoots.

Als bestuursvoorzitter van de grootste lerarenopleider van het land, deel ik de zorg van hen die vrijdag 15 maart zijn gaan staken. De portemonnee trekken voor onderwijs is geen luxe. Het is ook niet voldoende om zo nu en dan een financiële meevaller door te schuiven naar onze sector. Nee, kwalitatief hoogstaand onderwijs vereist een structurele en grotere investering dan nu gebeurt.

Op de eerste plaats omdat jonge mensen dit verdienen. Zij moeten hun talent optimaal kunnen ontplooien. Daarnaast betalen de investeringen zich dubbel en dwars terug. Goed onderwijs is de krachtigste motor van onze economie en arbeidsmarkt. De derde reden is misschien wel de belangrijkste: investeren in onderwijs is keihard nodig om de duurzaamheid en vitaliteit van onze samenleving te garanderen.

Sociale kloof
Die samenleving staat namelijk onder druk. De sociale kloof – tussen de haves en havenots en tussen de cans en cannots – wordt groter. Ook zijn er steeds grotere groepen mensen die zich niet meer vertegenwoordigd voelen door politiek, overheid en publieke instanties. Parallel hieraan zien we dat ons ‘systeem’ steeds vaker vastloopt.

Politiek, overheid en sociale partners: ze zijn steeds minder in staat om de grote maatschappelijke issues op te lossen. Denk aan de pensioenen, het klimaat, of – daar zijn we weer – het lerarentekort. Het oude stelsel functioneert niet meer; nodig zijn nieuwe manieren om naar de maatschappelijke ordening te kijken. Nieuwe manieren om deze problemen op te lossen. En dus nieuwe generaties die deze frisse blik kunnen omzetten in daden.

Als we erin slagen om deze jonge mensen de juiste set aan vaardigheden, kennis en houding mee te geven – een mix van technologie, ondernemerschap, flexibiliteit, creativiteit – dan kunnen zij direct bijdragen aan de weerbaarheid van onze samenleving. Door de focus te verleggen van ‘het denken in individuele taken of belangen’ naar het denken in termen van passie en purpose. We moeten ons afvragen: wat zijn onze echte drijfveren? Waaraan heeft de maatschappij behoefte?

Verbindingen
Nauw daarmee samen hangt het leggen van ‘echte’ verbindingen. De nieuwe generatie is daar straks hopelijk toe in staat. ‘We moeten elkaar weer vinden’, zoals directeur Kim Putters van het SCP het uitdrukte in het Financieel Dagblad. Dat vraagt om verbindingen tussen maatschappij en politiek, tussen bedrijven en onderwijsinstellingen, tussen de PO Raad, VO Raad, MBO Raad, Vereniging Hogescholen en de VSNU, en tussen lerarenopleidingen en scholen.

Wie zulke ambities heeft, wie beseft dat deze taak op de schouders van docenten en kennisinstellingen ligt, die kan er niet meer omheen: investeren in het onderwijs is een must. Een maatschappelijke plicht, eigenlijk. Zodat de nieuwe generaties straks inderdaad met hun talenten, en vanuit hun passie een betekenisvolle bijdrage kunnen leveren aan de samenleving - regionaal, landelijk én mondiaal. Het doet me goed dat veel bevlogen onderwijscollega’s deze week hiervoor in de bres springen.

Nienke Meijer is voorzitter van het College van Bestuur van Fontys. Deze bijdrage is een voorpublicatie van haar essay ‘Gezocht: mensen met nieuwe oplossingen (m/v)’, dat begin april verschijnt.

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.