door Jan Ligthart,
19
maart
2024
|
09:00
Europe/Amsterdam

De koude douche die de overgang naar Nederland is

Antilliaanse studenten hebben het moeilijker tijdens hun studie in Nederland dan Europees Nederlandse of buitenlandse studenten. Daar zijn een paar redenen voor. Wellicht de belangrijkste is het cultuurverschil. Koninkrijk of niet: de voormalige Antillen zijn geen Nederland, en andersom.

Zeker: een Roemeense, Spaanse of Zuid-Afrikaanse student krijgt in Nederland ook met een totaal andere cultuur te maken. Dus het is voor iedere bezoekende student aanpassen geblazen, net als dat andersom het geval is voor Nederlanders die in het buitenland gaan studeren. Toch is het kennelijk, ook gezien hun slechte studieresultaten, voor Antillianen wel erg zwaar.  

Misschien heeft in hun geval één cultureel verschil in elk geval een grotere impact dan andere: de mate van zelfredzaamheid, van zelfstandigheid. Op de eilanden worden kinderen thuis volledig in de watten gelegd, zo hoort dat daar nu eenmaal. Naar de dokter? Mama gaat mee. Een bankrekening openen? Niet nodig, papa betaalt of zorgt anders wel dat er een bankrekening komt. Koken? Schoonmaken? Andere huishoudelijke taken? Daar worden thuiswonende jongeren op de voormalige Antillen meestal volledig van vrijgesteld.

Poetsen hoeft niet
De moeder van Jayden weet wel wat er komt kijken bij plotseling het huis uit gaan en alles ineens zelf moeten doen. Dat heeft ze al zien gebeuren bij haar twee dochters, die ook flink moesten wennen. 

Jayden en zijn moeder tijdens een voorlichtingsdag over vervolgonderwijsDit najaar is het ook zover voor haar zoon. “Of ik hem daarom thuis nu meer taken laat verrichten? Ja, wel een beetje. Zo moet hij regelmatig koken.” Schoonmaken gaat haar echter te ver. “Poetsen? Nee, dat hoeft hij niet.”

Als het om zelfstandigheid gaat zal Jayden volgens zijn moeder op de allereerste plaats financieel zijn eigen verantwoordelijkheid gaan voelen. “De studieschuld is van en aan hem. Die is niet van mij. Of geld zo’n grote rol speelt? Ja natuurlijk, dat is voor iedereen op de Antillen zo.”

Ook Nico komt volgend jaar naar Nederland. Hij is 19 jaar oud, woont nu nog op Curaçao, maar is vast van plan technische bouwkunde te gaan studeren. Hij is echter een redelijke uitzondering vergeleken met veel andere jongeren hier: hij wordt namelijk thuis ‘opgevoed in zelfstandigheid’.

Misschien komt het omdat zijn moeder oorspronkelijk uit Nederland komt. In elk geval zorgt zij ervoor dat haar zoon niet alleen maar in de watten wordt gelegd. “Ik weet hoe lui ze zijn op die leeftijd, dus ik laat hem ook zelf dingen regelen.” De vader van Nico denkt er niet anders over: “Ik heb gewoon een baan, ik moet elke dag werken. Hij heeft alle tijd, ik niet.”

Prebachelor
Nico is dus misschien wat beter voorbereid. Dan nog: ook voor hem is de overgang naar Nederland enorm. De taal, de cultuur, het klimaat, de studiedruk: alles is anders dan hij en andere Antillianen gewend zijn. Daar is de afgelopen tijd vanuit Nederland ook wel iets op bedacht. Vanaf komend studiejaar kunnen zo'n 120 studenten met een Nederlands paspoort een zogenoemde Koninkrijksbeurs krijgen van maximaal 5900 euro om een halfjaar op uitwisseling of stage te gaan binnen het koninkrijk. 

Nico en zijn ouders laten zich bijpraten door Fontysmedewerker Khadija JawadDie beurs is vooral bedoeld voor de Antilliaanse studenten, zodat zij aan Nederland gewend kunnen raken nog voordat ze hun studiekeuze maken. De hoop is dat daardoor de torenhoge uitval onder deze studenten een stuk lager wordt. Een eerder idee om deze toekomstige studenten al op het eigen eiland en dus in vertrouwde omgeving een prebachelor te laten volgen, moest daarvoor wijken.

Of zo’n prebachelor op Curaçao Nico beter zou klaarstomen voor de stap naar het hoger onderwijs? “Ik zou het zelf wel doen, als ik in zijn schoenen stond”, meent zijn vader. "Zodat je bent voorbereid: dat je geen verkeerde keuze maakt, dat je begrijpt dat heimwee een ding kan zijn.”

Maar dat gaat dus niet gebeuren. Nico gaat de volle vuurdoop in Nederland ondergaan. Hij zal wel zien hoe het gaat. Maar, zo geeft hij desgevraagd aan: "Als er ook een beurs was voor een buitenlandse studie in deze regio, dichter bij huis, dan zou ik eerder daarvoor kiezen dan voor een studie in Nederland.”

Bijbaantje
Mede omdat het zo duur is om elders te gaan studeren, kiezen veel Antilliaanse jongeren voor een studie in Nederland. En hier is het toch een stuk harder wennen dan in pakweg Costa Rica of Colombia. “De overgang naar Nederland is letterlijk en figuurlijk vaak een koude douche”, zegt Pamela Kroon-Ter Haar, conrector aan het Maria Immaculata Lyceum op Curaçao. 

Boilerplate

Met alle respect en begrip voor dit standpunt, hanteert Bron in deze serie toch de benaming Antilliaans en Antillianen. Uitsluitend om verwarring te voorkomen over wie nu eigenlijk bedoeld wordt. De studenten van deze Caribische eilanden zijn evenzeer Nederlander als de hier in Nederland geboren en getogen studenten. Maar om het onderscheid duidelijk te maken worden zij respectievelijk als Antilliaanse en Nederlandse studenten aangeduid.

”Het weer, hoe vroeg en hoe lang het donker is in de winter, de onzekerheid op taalgebied, hoe zij van Nederlanders verschillen. En uiteraard zijn ook de sociale contacten een grote factor. Ze kennen daar vaak bijna niemand. Geld kan ook een probleem zijn. Voor jongeren hier op Curaçao is het niet normaal om een bijbaantje te hebben. Los van al die andere dingen waar ze in Nederland aan moeten wennen, zouden ze dan ook nog eens een baantje erbij moeten zoeken. Het is veel.”

Omstandigheden
Het Abel Tasman College in Willemstad is een van de kleinere middelbare scholen op Curaçao. Bovendien is het een privéschool, wat betekent dat de ouders van de meeste leerlingen redelijk bemiddeld zijn en financiën dus niet zo'n grote rol spelen. Je zou denken: die groeien thuis op in omstandigheden die net iets meer op die van Nederlandse jongeren lijken. En zijn dan misschien ook zelfstandiger. Maar nee, het is bij deze leerlingen al niet anders gesteld, stelt decaan Cathelijne Teunissen.

“Dat gebrek aan zelfredzaamheid geldt ook voor onze leerlingen. De basis daarvoor is er simpelweg niet. Opvoeding is hier totaal anders dan in Nederland. De cultuur is hier anders, maar de omstandigheden spelen een belangrijke rol. Daardoor staan deze jongeren al met 1-0 achter nog voor ze aan hun studie beginnen.”

Ze somt een aantal dingen op die op de eilanden structureel anders zijn dan in Nederland en waardoor zaken zijn zoals ze zijn. “Neem simpelweg al hoe leerlingen naar en van school gaan op Curaçao. Je kunt hier niet even op je fietsje springen. Te onveilig, te heuvelachtig. En aan het openbaar vervoer heb je niets.”

Dat laatste klopt zeker. Aan bushaltes geen gebrek: om de paar honderd meter staan op het eiland bordjes van bushaltes. Bron nam de proef op de som: ook twee uur na het geplande tijdstip was er geen busje te bekennen bij de halte aan een doorgaande weg. Totaal onbetrouwbaar dus als je op tijd op school moet zijn. Daarom worden alle leerlingen op alle scholen elke dag door hun ouders met de auto gebracht en weer opgehaald. 

Teunissen: “Het is hier heel normaal dat je als automobilist gemiddeld meer dan 20.000 kilometer per jaar maakt. Op zo’n klein eiland!”

Druppels
Wordt er dan door scholen niets gedaan om de leerlingen zelfstandigheid bij te brengen? Mondjesmaat. Het zijn druppels op een gloeiende plaat. Zo heeft Teunissen als leerlingbegeleider een (in uren zeer beperkte) workshop opgezet: studeren in Nederland.

Cathelijne Teunissen“Daarbij licht ik de leerlingen voor over bankzaken, hoe het openbaar vervoer werkt, hoe en waar je een kamer zoekt, hoe het werkt bij de apotheek en de huisarts. Al dat soort praktische zaken waar ze zich hier nooit om hebben hoeven bekommeren omdat hun ouders alles voor hen doen.”

Maar die ouders, krijgen die daarover dan geen voorlichting? Worden zij niet bijgebracht hoe ze hun kinderen zelfstandiger kunnen maken? “Nee. Dat zou een heel goed idee zijn. Probleem is dat het hier een ongeschreven regel is dat je je niet met de opvoeding van andermans kinderen bemoeit. Dat is een no-go.”

En dus mogen de studenten het allemaal zelf uitzoeken. Als ze eenmaal in Nederland zijn. 

Volgende week in aflevering 3: De taalbarrière.

Reageren kan hieronder. Eenmaal gepubliceerde reacties worden niet verwijderd

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.