Eindhoven,
23
februari
2021
|
20:07
Europe/Amsterdam

Coronaproof praktijkonderwijs niet ideaal, maar dát kan wel

Praktijkonderwijs ten tijde van corona, kan dat dan wel? Bij de Fontys-opleiding Automotive weten ze niet beter. Maar wel alles op anderhalve meter. Bij de Paramedische Hogeschool, ook in Eindhoven, prijzen ze zich gelukkig met die ene les per week.

Werkoverleg tussen Automotive-studenten.Sleutelen aan motoren, voertuigen ontwerpen, maken en testen; dat gaat natuurlijk niet zo makkelijk online. Daarvoor moet je echt in een werkplaats zijn, tussen de auto’s. En dus gaat het praktijkonderwijs van de opleiding Automotive aan Fontys Hogeschool Engineering zo veel mogelijk door.

In de kelder van gebouw Nexus op de TU/e-campus in Eindhoven werken eerste- en tweedejaarsstudenten Automotive tijdens de tweede lockdown dagelijks in blokken van vier uur aan hun praktijkopdrachten. Met mondkapjes op en zoveel mogelijk conform de anderhalvemeterregel.

Sleutelen aan dynamo
Than (21) en Marco (21), beide tweedejaars Automotive-studenten, sleutelen aan een dynamo. “We zijn metingen aan het verrichten”, verduidelijkt Than.

Hij en zijn medestudent zijn maar wat blij dat het praktijkonderwijs, zo goed en zo kwaad als het kan, doorgaat. “Dit is lastig online te doen. Thuis heb ik geen motorblok in mijn huiskamer”, zegt Than met gevoel voor humor. Samen met Marco werkt hij aan een inhaalopdracht uit de periode van de eerste lockdown toen het praktijkonderwijs wel tijdelijk stil kwam te liggen.

De werkplaats van Automotive is groot genoeg om voldoende afstand te kunnen houden.Kleine achterstand
Toch hebben Than en Marco weinig achterstand opgelopen het laatste jaar, simpelweg omdat het praktijkonderwijs in de tweede lockdown gewoon is doorgegaan. Onveilig voelen ze zich niet. “Het is goed georganiseerd en we houden voldoende afstand”, stelt Marco.

Ook Automotive-docent Stefan van den Biggelaar is zeer tevreden over het praktijkonderwijs in coronatijd. “Ik maak een diepe buiging naar de studenten. Ze gaan er echt goed mee om.”

Veel Automotive-studenten hebben volgens Van den Biggelaar ondertussen een kleine achterstand, maar hij verwacht dat ze die nog dit jaar in kunnen halen. “We trekken er met z’n allen hard aan. De werkdruk is hoog, maar iedereen is blij dat we hier kunnen blijven werken. Dat geeft energie.”

Ruiken, kijken en voelen
Volgens Van den Biggelaar is het werk in de kelder van Nexus tussen de auto’s heel belangrijk voor de studenten. “Hier kunnen ze ruiken, kijken en voelen. Hier krijgen ze pas echt feeling voor het vak. De fysieke component is in deze opleiding gewoon heel groot.”

Maar de opleiding Automotive draait om meer dan het sleutelen aan auto’s, benadrukt Van den Biggelaar. Veel meer. “Het is een complex domein waar elektronica, werktuigbouwkunde en mechatronica bij elkaar komen. Het gaat hier niet zozeer om de auto’s, maar om de techniek die eronder zit.”

Tijdens het oefenen met radiologie is het voor studenten van Paramedische Hogeschool niet altijd mogelijk om 1,5 meter afstand te houden.Een dag, veel te weinig
Ook bij Fontys Paramedische Hogeschool wordt nog praktijkonderwijs gegeven, een dag per week. “Dat is veel te weinig”, vertelt Bram van der Zwet, docent Radiologie.

“De studenten krijgen een uur per vak per twee weken practicum. We mogen van geluk spreken dat deze ene les nog gegeven mag worden, want met alleen theoretisch onderwijs leer je het vak niet.”

Doordat er weinig tijd is voor praktijkonderwijs, veranderen die lessen ook. “Ik laat de studenten kiezen of ze willen dat ik alles voordoe, of dat ze er meteen zelf mee aan de slag gaan”, zegt Van der Zwet. “Vaak kiezen ze er dan voor om mij het te laten doen, omdat we anders te weinig tijd hebben. Na de praktijkles hebben de studenten nog een uur om zelf aan het werk te gaan.”

Ontwikkelingssnelheid lager
Minder praktijkonderwijs is niet goed voor de ontwikkeling van de studenten. “Door een gebrek aan zelfstandige oefenmomenten merken we dat de ontwikkelingssnelheid lager ligt”, aldus de docent. “We proberen hier als opleiding zo goed mogelijk mee om te gaan, het is nu eenmaal niet anders. We hopen het volgend jaar, wanneer de pandemie waarschijnlijk grotendeels achter ons ligt, in te kunnen halen met de studenten.” [Ivo van der Hoeven en Bram Keeris]

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.