Tilburg,
20
januari
2020
|
10:55
Europe/Amsterdam

Sjoerd Mossou: “Voetbal is in wezen onbelangrijk, maar blijft mooi”

Sjoerd Mossou heeft nog altijd het meeste plezier in schrijven over voetbal, maar constateert dat hij meer en meer over het onderwerp praat. “Voetbaljournalisten zijn multimediale meningenfabriekjes geworden”, zegt de Fontys-alumnus.

Naast zijn dienstverband bij Algemeen Dagblad is Mossou bekend van televisieprogramma’s als NOS Studio Voetbal en De Eretribune van Fox Sports. In verschillende podcasts becommentarieert hij bovendien wekelijks het aankoopbeleid van PSV of het spitsenprobleem van bondscoach Ronald Koeman.

“Zo ben ik een nieuwe richting ingeslagen in mijn vak. Niet bewust - je gaat mee in veranderingen. Op zich mooi, want ik dacht dat ik er na mijn veertigste wel klaar mee zou zijn.”

Jeugdopleiding RBC
Zelf rook Mossou (41) aan een profbestaan toen hij als keeper kon instromen in de jeugdopleiding van RBC Roosendaal. “Ik was puber en had gemengde gevoelens. Zelfs bij zo’n kleine profclub voel je continu druk. Eigenlijk voetbalde ik liever met vrienden. Ik besloot af te zeggen. Een gek gevoel: er viel een droom in duigen en toch was er opluchting.”

Hij viel terug op een andere Foto: Ton Toemenliefhebberij die er van kinds af aan in zat: mooie verhalen vertellen. “Bij Fontys Hogeschool Journalistiek had ik voor het eerst affiniteit met school en studie. Het vwo was freewheelen tot aan een 6,5, maar nu voelde ik een drive.”

Het journalistieke handwerk, vooral tijdens stages, genoot de voorkeur. Eén van de dingen die hij in die praktijk oppikte is assertief zijn. “Mensen bellen, of op ze afstappen en gericht een verhaal halen - dat heb ik wel moeten leren.

Ik zeg vaak tegen studenten: Ook in tijden van internet is het een illusie dat nieuws uit de lucht komt vallen. Echt nieuws ontstaat als je ergens naartoe gaat en met iemand praat.”

Op audiëntie bij Derksen
Gewoon het diepe in, dat is volgens Mossou één manier om assertief te worden. Hij waagde de sprong om als stagiair binnen te komen bij Voetbal International. “Ik wilde me niet blindstaren op voetbal, maar na een algemene krantenstage zette ik mijn zinnen op VI, lange tijd mijn lijfblad.”

De toenmalige hoofdredacteur Johan Derksen hanteerde echter de stelregel: 'geen stagiares, te veel gedoe'. Mossou: “Toen ik uiteindelijk toch een gesprek wist te regelen, voelde het of ik op audiëntie moest. In zijn riante kantoor zat Derksen met zijn rug naar me toe, gehuld in een wolk sigarenrook. Eerste vraag: 'Waarom denk jij dat we op jou zitten te wachten?' Ik ben vergeten wat ik antwoordde, maar mijn stage kwam er.”

Harde leerschool
Daarna begon een even harde als nuttige leerschool. “Bel Leo Beenhakker even, hoor je dan. Een grootheid, in mijn ogen. Of later, toen ik na mijn afstuderen in 2000 een contract had, riep Derksen: 'Ga naar PSV en maak een groot verhaal, maar negeer de perschef'. Ik had geen idee hoe ik dit dan kon aanpakken.

Al doende leer je, lacht hij nu. “Met kleine stapjes vind je je weg. En soms gaat het fout. Dan sprak ik een trainer die helemaal leegliep over de arbitrage. Ik schreef het netjes op. Later blijkt dat die man eerst off the record wat stoom wil afblazen.”

Binnen de machocultuur op de VI-redactie leerde Mossou letterlijk ‘terugblaffen’. Desondanks noemt hij zichzelf nog steeds een observator - iemand die het liefst beschouwt vanaf de zijlijn en graag afstand houdt. “Je leert de etiquette kennen en bouwt een netwerk. Maar ook daar ben ik er niet op uit om met iedereen te bonden. Je moet jezelf kunnen blijven. Ik ben geen allemansvriend.”

Disney World
Net als het Binnenhof kent het profvoetbal een specifieke mores. “Het is een eigenaardig, piepklein wereldje. In Nederland zijn er misschien 500 mensen bij betrokken. Maar alles wat zij doen wordt gigantisch uitvergroot.”

De magie die hij als kind bij het voetbal ervoer blijkt sleets. “Je leert zien hoe prozaïsch voetbal ook is. Veel betaalde clubs hebben minder omzet dan een doorsnee-Albert Heijn. Het zijn mkb-bedrijfjes met de uitstraling van een topmultinational. Vergelijk het met Disney World. Daar zie je Mickey Mouse en Donald Duck, maar in de pakken zitten uitzendkrachten.”

Ook de eminence grise van de vaderlandse voetbaljournalistiek beziet Mossou inmiddels anders. “Er is geen oud zeer richting Foto: Ton ToemenDerksen, al heb ik in columns een paar keer in hem zitten prikken. Als televisietypetje is Johan perfect, maar hij kan mensen enorm schofferen. Dan noemt hij Louis van Gaal weer een 'Mussolini-achtige gek'.

Derksen zegt dat in een semi-journalistieke context, niet bij wijze van grap. Maar als hij dan kritiek krijgt, moet je het opeens allemaal niet zo serieus nemen: 'Het is maar cabaret hoor'. Dat vind ik een laf trucje en daar schrijf ik dan een stukje over.”

Ga niet voor zesjes
Tegen de huidige generatie Fontys-studenten zegt Mossou: “Ga op ontdekkingstocht… Pak in de eerste vijf jaar van je loopbaan alles aan. Zo leer je de echte wereld kennen en ontdek je precies wat bij je past.”

Dat laatste is belangrijk, omdat in een latere carrièrefase juist specialisatie en diepgang gevraagd worden. “Met dingen waar je goed in bent moet je je ‒ met name in de journalistiek ‒ uiteindelijk zo veel mogelijk onderscheiden. Als je op alle vlakken een zesje blijft, verzuip je al snel.”

Veelzijdig moet je als (voetbal)journalist ook zijn, want dat vak is inmiddels danig veranderd. “Vroeger zat je 90 procent van de tijd te schrijven. De laatste tien jaar kwam er van alles bij: video, podcast, tv. Een nieuwe dimensie die het vak niet per se leuker, maar wel afwisselender maakt. Voetbal vormt nog altijd de rode draad, maar ik heb een andere baan dan tien jaar geleden. Voetbaljournalisten zijn steeds meer multimediale mediafabriekjes geworden. Prima, zo lang je jezelf maar niet te serieus neemt.”

Het product waarom het in die fabriekjes draait blijft boeien, al is Mossou er wel anders naar gaan kijken. “Naarmate ik ouder word, maak ik me niet meer druk over een voetbaluitslag. Ik kan het prima relativeren. Voetbal is in wezen onbelangrijk, maar er wordt overal ter wereld ontzettend zwaarwichtig over gedaan. Dat blijft mooi.” [Frank van den Nieuwenhuijzen]

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.