“Ondanks tranen in zijn ogen, bleef ik vragen stellen”
Het verhaal voor eeuwig op papier
Vanwege 4 en 5 mei gaat Bron voor even op herhaling:
Fontys-docent Paul Strack van Schijndel bladerde in het dagboek van zijn vader. Hij deed een schokkende ontdekking over zijn familie. Dit inspireerde hem voor het schrijven van een boek: Mijn NSB-opa. “Ik had geen fictie nodig voor dit boek. Het dagboek van mijn vader was een goudmijn aan inspiratie.”
Strack van Schijndel, communicatiedocent aan de SPECO Sportmarketing in Tilburg, ontdekte via het dagboek dat hij een foute oom had. “Ik las in het boekje van mijn vader dat zijn broer Leo gesneuveld was in juni 1942. Ik had nog nooit in mijn leven iets gehoord over ome Leo”, vertelt Strack van Schijndel. “Ik vroeg me af waar hij dan was gesneuveld. Toen vertelde mijn vader dat hij een SS-soldaat was en vocht in Rusland.”
NSB-gezin
De docent had altijd al het idee dat hij een boek wilde schrijven. “Vijf jaar geleden, toen ik aan het boek begon, had ik gezegd ‘omdat ik schrijven leuk vind’. Nu het verhaal op papier staat, heeft het een heel andere betekenis gekregen: Ik vind het belangrijk dat er gesproken wordt over dit onderwerp, want er waren meer foute families dan we denken. Een op de tien gezinnen in die tijd was een NSB-gezin. Meer dan 100.000 mensen zijn lid geweest. Maar je hoort daar heel weinig over.”
De vader van Strack van Schijndel was een belangrijke bron voor zijn boek. Samen gingen ze naar het archief om meer over zijn familie te weten te komen. “Ik heb het geluk dat mijn achternaam niet vaak voorkomt, dus dat maakt het zoeken naar familieleden een stuk makkelijker.” Onderweg naar het archief in Den Haag wilde zijn vader nog iets kwijt. “Hij zei dat we waarschijnlijk niet veel over zijn broer Leo gingen vinden, maar wel over mijn opa. Zijn vader. Hij was een NSB-er.”
Vanaf dat moment was de ‘zwijgdeksel’ van de pot getrokken en kreeg Strack van Schijndel veel meer over zijn foute familie te weten. “Er ging een beerput open. En ik deed weer ontdekkingen die mijn vader niet wist, bijvoorbeeld dat mijn opa in concentratiekampen had gezeten. Mijn vader en ik maakten elkaar nieuwsgierig. Een nog levende broer van mijn vader had brieven uit de oorlog. Door al deze informatie vielen de puzzelstukjes in elkaar.”
Familie
Een verhaal schrijven over je foute familie ligt natuurlijk wel gevoelig. “Ik heb heel veel familieleden geïnformeerd, want er zitten een hoop persoonlijke verhalen in het boek. Tijdens mijn zoektocht ontdekte ik ook dat mijn opa incest pleegde bij zijn dochter. Vreselijke verhalen kwamen naar boven.”
De docent nodigde zijn familieleden uit voor de boekpresentatie en bijna iedereen was daarbij aanwezig. “Tot aan de oorlog had onze familie veel contact, na de oorlog is dat veel minder geworden. Nu, door er over te schrijven en praten, merk ik dat onze familie weer samenkomt. Het boek schept een band.”
Zwijgen
Het boek is sinds 11 maart verkrijgbaar en kost 19,45 euro. Van dit bedrag gaat twee euro naar Monument Kamp Amersfoort.
Ook daarover is nagedacht. “Na de oorlog hielden veel NSB’ers hun mond en verzwegen hun foute verleden, wat ik ook juist vind. Maar mijn opa niet. Hij ging procederen tegen de Nederlandse staat en kreeg vijftien jaar later 480 gulden als schikking. Hij had zijn mond ook dicht moeten houden. Mijn opa had geen recht op die 480 gulden, dus ik wil dat geld ook niet in de familie hebben. Daarom krijg Monument Kamp Amersfoort twee euro per boek tot een bedrag van 240 euro.”
Het boek heeft voor Strack van Schijndel meerdere betekenissen; het brengt zijn familie weer samen, hij geeft het onterechte geld van zijn opa terug en maakt het onderwerp ‘foute families’ bespreekbaar. “Ik word nu gevraagd voor lezingen en krijg vaak de vraag van anderen die ook meer over hun familie willen weten, hoe ik dat heb aangepakt.”
Maar het was zeker geen makkelijk boek om te schrijven. “Ik zag soms de tranen in de ogen van mijn bejaarde vader. Dat deed pijn. En alsnog ging ik doorvragen. Ik wilde alles weten, want het kwam allemaal in het boek zodat het voor eeuwig op papier staat.”
Dit artikel verscheen eerder op Bron op 23 maart van dit jaar.