De Rondom: wel mooi, maar is het praktisch?
Mooi en modern is het nieuwe ER-gebouw van Fontys aan De Rondom in Eindhoven zeker. Maar er praktisch gezien zijn er nog veel verbeterpunten aan het gerenoveerde pand dat komende donderdag zijn officiële opening kent, zo blijkt uit een rondgang. Een veelgehoorde klacht is het te kleine aantal werkplekken en er zijn twijfels over de brandveiligheid.
In het voormalige TNO-pand op de campus van de TU/e zijn sinds dit studiejaar de opleidingen Bedrijfsmanagement Educatie en Techniek, Engineering en Automotive, en Toegepaste Natuurwetenschappen gehuisvest. Voorheen waren de drie instituten bewoners van R1 op de campus Rachelsmolen in Eindhoven.
Fontys ER, of Fontys Eindhoven De Rondom zoals het gebouw voluit heet, krijgt nog een nieuwe naam. Het pand biedt sinds 2 september ruimte aan zo’n 3500 studenten op een vloeroppervlak van 29.000 vierkante meter.
Het gebouw is van binnen en van buiten visueel aantrekkelijk en de grote houten trap in de centrale hal biedt een bijzondere aanblik. Maar iets dat nieuw is, kent vaak ‘kinderziektes’, en dat geldt ook voor gebouwen. Afgaande op de reacties die Bron ophaalde bij studenten en medewerkers lijkt het onderkomen nog niet de ‘superlocatie’ te zijn zoals het door Fontys zelf wordt gekwalificeerd.
Te smalle gangenDe meest opvallende kritiek is misschien wel die op de brandveiligheid. “Hoe gaat iedereen bij brand via de trappen in de centrale hal naar buiten?”, vraagt studente Applied Sciences Live Daniëlle zich af. “Die trappen zijn veel te smal. Dat geldt ook voor de gangen.”
Danae Bodewes, docente aan de hogeschool Bedrijfsmanagement, Educatie en Techniek, begrijpt die opmerkingen. “Je moet door lange gangen lopen voordat je bij de brandtrappen bent”, zegt zij. “En als bij brand iedereen over de grote trap in de hal gaat, wordt het misschien spannend.”
En dan is er wat Daniëlle betreft nog de kwestie met de deuren in de gangen. “Die zijn best zwaar en zorgen voor opstoppingen. En bij de ene deur moet je duwen en bij de andere trekken. Als iemand bij brand denkt dat-ie de deur moet openduwen terwijl je moet trekken, zit je snel vast als een hoop mensen ineens door diezelfde deur willen.”
Sander Baas, docent Automotive, was zich daar niet van bewust, zegt hij. “Maar ik kan me voorstellen dat ze een punt heeft. Het hoort misschien ook een beetje bij een nieuw gebouw. Er zijn altijd dingen die verbeterd moeten worden.”
Brandveilig
Deze zorgen ten spijt zou het gebouw aan De Rondom brandveilig moeten zijn. Dat stelt Inge Bruijnaars, coördinator veiligheid Fontys. “Anders gaan de brandweer en de gemeente nooit akkoord. Alles is berekend met het oog op de veiligheid.”
Ze kijkt wel op van het relaas over de openingsrichting van de deuren. “Ze moeten opengaan in de richting van de vluchtroute. Er moeten ook bordjes met push en pull op staan. Maar we zouden moeten checken of dat overal ook het geval is.”
Een week later blijkt dit te zijn verbeterd en gaan alle deuren dezelfde kant op open.
Voor wat betreft de opmerkingen over de trap zegt ze dat die niet deel uitmaakt van de officiële vluchtroutes. “In hoeverre mensen bij brand daarvan dan toch gebruikmaken, zou bij oefeningen moeten blijken.”
Werkplekken
Het meest gehoorde commentaar op De Rondom gaat overigens over de werkplekken in het gebouw. Hoewel er daar ogenschijnlijk heel veel van zijn, zorgt het grote aantal studenten ervoor dat de meeste plekken al snel bezet zijn. “Je hebt natuurlijk drukke en minder drukke periodes, maar normaal zijn we veel tijd kwijt aan het vinden van een werkruimte”, zegt Samy, vierdejaars student Technische Bedrijfskunde.
Wie zeker wil zijn van zijn plekje kan een stille werkruimte - een ommuurd ‘hok’ met een centraal beeldscherm - reserveren. En dat gebeurt in groten getale, weet Harun. “Daardoor zijn ze de plekken vaak de hele week bezet”, zegt hij. “We zijn we al twee keer uit zo’n ruimte gehaald omdat anderen die hadden gereserveerd.”
Een student die daardoor in de open ruimte moet werken, heeft dan te weinig privacy, vindt Yasmine, tweedejaars Applied Science Live. “Als ik in een groepje moet werken, versta je elkaar bijna niet omdat iedereen rondom je aan het praten is”, zegt zij.
Te weinig stopcontacten
Ook een veelgehoorde klacht: er zijn te weinig stopcontacten. “Dat aantal is echt matig”, zegt Nigel, eerstejaars deeltijd student Technische Bedrijfskunde. “Bij deze tafel is niet eens een stopcontact in de buurt.” Zijn medestudent Mario merkt op dat in stille werkruimtes vaak maar één stopcontact zit. “En die wordt gebruikt voor het beeldscherm aan de muur.”
Dat het gebouw zo fraai is vormgegeven, met open ruimtes die ontmoetingen met studenten van andere opleidingen zou moeten vergemakkelijken, vindt Nigel niet zo belangrijk. “Ik heb alleen een stopcontact een stoel en een tafel nodig. Dan ben ik al content.”
Damestoiletten
Voor de volledigheid: dit waren andere klachten die meerdere keren werden geuit:
- Te weinig toiletten, vooral voor vrouwen
- Gebouw is te rumoerig om geconcentreerd te kunnen werken
- Te weinig parkeerplaatsen dicht bij het gebouw
- Slecht te bereiken met het openbaar vervoer
- Aan het eind van de middag lange rijen in het restaurant omdat maar één kassa open is.
Meer open ruimtes
Student Technische Bedrijfskunde Wadi erkent de problemen, maar stelt tegelijkertijd dat het ER-gebouw beter is dan de vorige locatie, aan de Rachelsmolen. “Daar zat je echt in hokjes, hier zijn er meer open ruimtes, is alles wat socialer.” Samy: “Daar was er zelfs nog minder plek.”
De reacties zijn dus heus niet allemaal negatief. Zo stelt docente Bodewes dat er voor docenten meer ruimte is. “Dat voelt voor mij beter aan. En omdat het gebouw binnen zo ‘open’ is, ga ik makkelijker op andere plekken werken. Daardoor leer ik meer collega’s kennen.” Docent Sander Baas onderschrijft dat: “Ik vind het leuk om samen met andere opleidingen in één, open gebouw te zitten. Ik vind het een vooruitgang.” [Erwin Blatter]
Een enorme trap,die maar half overdekt is dus ik vraag mij af als het dadelijk winters wordt,sneeuw en glad,totaal onverantwoord!
Vervolgens moet je binnen weer zo,n trap af naar het examen bureau en op die trap hebben ze ronde leuningen met om de paar meter rechthoekige roestvrij stalen bevestigingen waar je je vingers mee kneust als je de leuning gebruikt,dus dan maar aan de houten afscheiding eronder vasthouden,helaas "Splinter in mij hand".Nou spullen opgehaald en weer die trap op naar de lokalen voor een digitaal tentamen...Stopcontacten uh... aan een kant in de muur en dus geen verlengingen in het plafond of bij de tafels...""Sorry jongens volgende keer laptops thuis opladen!"" Ja mijnheer heb ik gedaan maar die gaat geen 2,5 uur mee enne mijnheer het puntlasapparaat en andere apparaten zijn ook nog niet aangesloten"
Enorm koud in de lokalen(studenten jassen aan,ik ook trouwens!)
Afijn klaar dus weer die smalle kleretrap met die rotleuning af en even later weer op en dan maar weer die enge buitentrap af en ergens mijn auto gaan zoeken!
Gelukkig is het personeel en de studenten erg leuk!
Geen stiften en/of borstels te vinden in de lokalen!
Verder is het jammer dat de entree niet gewoon beneden in de centrale hal is gemaakt (zoals het oorspronkelijk was). Dat is immers het visuele visitekaartje van het gebouw.