Eindhoven,
12
april
2022
|
12:59
Europe/Amsterdam

Arthur Kok: retorica van Netflix tot drillrap

Docent Onderzoeksvaardigheden Arthur Kok (Fontys Academy for the Creative Economy) is samensteller van de bundel Bewegen en bewogen worden- Retorisch handelen in taal, beeld en muziek. Zelf levert de doctor in de filosofie een essay over retorica in de (moderne) muziek: “Sommige wetenschappers verlangen terug naar de tijd dat er nog geen sociale media bestonden.” 

Wat is de essentie van jullie boek? 
"Veel mensen associëren retorica – de leer van de welsprekendheid en overtuigingskracht – puur met taal en tekst. Maar bijvoorbeeld Aristoteles trekt dat al breder: hij stelt dat retorica onze ziel in beweging moet brengen. Voor ons reden om ook eens te kijken in hoeverre boodschappen in muziek en beeld kunnen overtuigen.” 

“Dit idee is actueel. Onder invloed van sociale media ontstaat er een andere context waarbinnen we meningen, wensen en verhalen vormgeven. Een op feiten gebaseerde tekst volstaat niet meer. Er lijkt sprake van een verschuiving in de richting van het beeld en de muziek.” 

En veel wetenschappers vinden het lastig om daarmee om te gaan? 
“Onze cultuur wordt steeds meer beeldcultuur. Maar ook muziek is allang een cruciale factor in de identiteitsvorming, vooral voor jongeren. Door bijvoorbeeld tal van filmpjes op sociale media, al dan niet voorbeelden van fake news, zien wetenschappers dat hun vak en hun vertrouwde communicatiemiddel (geschreven) tekst deels de waarheidsaanspraak verliest.” 

“In ons boek kijken we op een andere manier naar het internet en de beeld- en geluidcultuur. Niet als manipulerend of expliciet niet-wetenschappelijk, maar als bruikbare bron- omdat er nieuwe vormen in naar voren komen die ook voor wetenschappers interessant zijn. Wij zeggen: onderzoek eens wat je hiervan kunt leren. Trouwens, het viel ons op dat de toepassing van beeld en muziek, net als de wetenschap, volop aan regels is gebonden. Meer dan je zou denken.” 

In jouw bijdrage leg je de muziek langs de lat van de retorica. 
“Ja, dan blijkt bijvoorbeeld dat je de wetten van de retorica óók terugziet bij een verschijnsel als drillrap [nihilistisch rapgenre dat wordt geassocieerd met geweld, red.]. Overigens is ‘muzikale retorica’ allang een erkend vakgebied dat veel werd gebruikt door barokcomponisten. Het omschrijft gedetailleerd wat mensen raakt en hoe het je raakt. Zo staat de toonsoort ‘G’ voor geluk en grootsheid en C-mineur voor rouw. Je had tal van vaste intervallen of notencombinaties die altijd hetzelfde gevoel moesten oproepen.” 

“Zonder het misschien te beseffen sluit de drillrapper qua gebruik van ritmes en toonsoorten aan bij de muzikale retorica. Je hoort de bekende mineurakkoorden, wat zorgt voor een droevige, melancholische sfeer. Ook werken ze veel met syncopes, een off-beat die niet dansbaar is. De donkere, apocalyptische contrasten in de muziek worden dus bereikt met traditionele middelen. De theorie van de muzikale retorica is weliswaar niet recent, maar wel bruikbaar. Zulke schema’s vormen een aanknopingspunt voor de wetenschap om aan te haken bij een nieuwe vorm.” 

Hoe reageert de academische wereld op jullie boek?
“Uiteindelijk willen we een nieuwe, moderne opvatting naar voren brengen over retorica. Retorica gaat over overtuigingskracht, maar de vormen waarmee je overtuigt veranderen. We trekken daarbij nog geen harde conclusies over mogelijke nieuwe werkwijzen of perspectieven. Eigenlijk nemen we (deels) koudwatervrees weg door inzicht te bieden in deze voor wetenschappers ‘nieuwe’ media. Hoe meer je snapt van de werking van beeld en muziek, hoe meer je geneigd bent die middelen zelf te gebruiken.” 

“Ook voor onze studenten is deze studie de moeite waard. Zij vinden filosofische content vaak abstract. Maar hier kunnen ze aan de hand van een Netflix-serie als When They See Us of een genre als drillrap naar de theorie van de retorica kijken. Zo ervaren ze dat retorica echt leeft.” [Frank van den Nieuwenhuijzen

Arthur Kok (red.), ‘Bewegen en bewogen worden- ‘Retorisch handelen in taal, beeld en muziek’, Uitgeverij Valkhof Pers, Nijmegen, 2021. Met bijdragen van Gabriël van den Brink, Emanuel Rutten, Heidi de Mare en Arthur Kok. 

 

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.