Eindhoven,
13
april
2023
|
12:46
Europe/Amsterdam

Lerarenopleidingen gooien het over een andere boeg

De Fontys Lerarenopleiding in Sittard slaat een nieuwe weg in. Vanaf september 2024 zullen de klassen bestaan uit heterogene groepen: studenten die pakweg leraar natuurkunde, Duits of scheikunde willen worden, komen in één klas terecht.

Komend studiejaar wordt, als alles goed gaat, een eerste pilot gedraaid om dit systeem te testen. “Het is heel simpel”, stelt FLOS-directeur Anton van den Brink. “Een van de redenen is de teruglopende animo voor het lerarenvak en de demografische ontwikkeling in deze regio. Die zorgen voor een terugloop in aanmeldingen van nieuwe studenten. Wat we niet willen is dat we in de situatie komen zoals dit studiejaar, waarbij slechts één of twee studenten een opleiding volgen voor een bepaald vakgebied."

Anton van den Brink“Maar het is niet alleen een kwantitatieve maar ook een kwalitatieve omslag. Want we doen het ook voor de opleidingen met voldoende instroom zoals Engels en geschiedenis waar we volle klassen hebben. De aanleiding is ook dat de Onderwijsraad adviseerde om bij de opleidingen het leraarschap (beroep) meer centraal te stellen. We leiden geen economen, natuurkundigen of taalkundigen op maar leraren.” 

Dit heeft als voordeel dat elke student ook echt onderdeel wordt van een klas, ongeacht hoeveel studenten zich voor een opleiding hebben ingeschreven. Maar dat niet alleen. 

Van den Brink: “Het betekent ook organisatorisch dat we het veel handiger in elkaar kunnen zetten. Want elke student komt hier binnen om leraar te worden. En er zijn genoeg gemeenschappelijke vakken, didactiek, pedagogiek, dat je ze een groot deel van de tijd hetzelfde onderwijs kunt geven. Bovendien kunnen we  het dan zelfs voor die éne student van een bepaalde opleiding nog steeds kostendekkend aanbieden.” 

Als er een succesvolle pilot is gedraaid, zou dit in studiejaar 2024/2025 in het hele instituut kunnen worden toegepast. “We zijn al in gesprek met scholen in de regio die echt als een opleidingsschool kunnen gaan dienen: waar stages worden gelopen en studenten individueel worden begeleid  en bepaalde vaardigheden worden aangeleerd. Voor de echte vakinhoud, het groepswerk en overige onderwijsactiviteiten komen ze dan nog wel gewoon naar ons instituut.”

Schaalgrootte
Bij Fontys lerarenopleiding Tilburg zijn ze niet van plan hetzelfde pad te volgen. “Wij hebben toch een iets andere schaalgrootte. Dus qua organiseerbaarheid en betaalbaarheid is die urgentie er bij ons niet. Maar het is zeker geen gekke gedachte wat ze in Sittard van plan zijn en het kan heel inspirerend zijn, ook voor ons", zegt FLOT-directeur Ad Vissers.

Ad VissersOok in Tilburg timmeren ze aan de weg en komt er komend jaar een pilot. Maar dan van een heel andere orde en met een andere insteek. Vissers: “Tien jaar geleden begonnen bij ons 1000 studenten aan een lerarenopleiding. Daarvan haalden 450 hun diploma. Nog eens vijf jaar later bleken er daarvan nog maar 300 werkzaam te zijn in het onderwijs. Dus dat is een totale uitval van 700. Dat kan ik eigenlijk niet uitleggen. Dat moet anders.”

“Die 300 goedopgeleide leraren die in het vak zijn beland, dat is natuurlijk prima. Maar het gaat om de 700 die ook graag leraar geworden waren. Wij investeren erin om hen voor het leraarvakmanschap te behouden, natuurlijk met de benodigde/gewenste kwaliteit en bevoegdheid, maar iets anders opgeleid, in aansluiting op hun talent.”

Hoe dan? “Door de studenten die nu uitvallen omdat ze een moeilijke periode doormaken of een sneuvelen op één onderdeel, toch binnen te houden. Hen te behouden voor het vak. Door ze getemporiseerd te laten leren, gepersonaliseerde lessen te geven. We moeten wat zuiniger zijn op die mensen. Niet dat ze mogen voldoen aan een minder streng eisenpakket, maar door ze langer de tijd te geven. Als je daarmee 200 van die 700 studenten alsnog voor het vak behoudt, heb je het lerarentekort al opgelost.”

Rectoren
Deze maand voert de FLOT gesprekken met een grote groep rectoren van middelbare scholen om te bekijken hoe dit in de praktijk, met stages, vorm kan krijgen. Daarbij gaat het ook over de mensen die nu nog onbevoegd voor de klas staan, gefinancierd met de tijdelijke NPO-gelden. “Die wil je ook behouden voor het onderwijs. En dat moet ook mogelijk zijn door een aangepast programma op te stellen waarmee ook zij gewoon hun diploma kunnen halen.”

Komend studiejaar zal blijken hoe groot de groep is waarmee de pilot gedraaid gaat worden. “Dat kunnen er 15 zijn of 20, 30 misschien. Dat wordt pas zichtbaar gaande het studiejaar. Maar als ze nu een jaartje langer over hun studie doen, kunnen ze nog altijd 50, 60 jaar voor de klas staan in hun leven.” [Jan Ligthart]

Reageren kan hieronder. Eenmaal gepubliceerde reacties worden niet verwijderd

Reacties 1 - 3 (3)
Bedankt voor uw bericht.
Salute
15
April
2023
De meeste veranderingen in het onderwijs zijn geen verbeteringen.
Ook hier krijgen buitenlandse kinderen voorrang en Nederlanderlandse ouders worden gedwongen hun kinderen buiten hun regio op school te doen.
Angela
17
April
2023
Deze opmerking is misinformatie. Internationale studenten worden in dit artikel nergens genoemd als reden voor wijziging van de onderwijsstructuur - echter de teruglopende aantallen zijn aanleiding om klassen anders te organiseren.
Robin
15
April
2023
Als we nou toch het onderwijs voor de lerarenopleidingen over een andere boeg gooien, zouden ze ook nog in gesprek kunnen gaan met de studenten.
Vaak worden de pedagogische en didactische kennis en vaardigheden het best geleerd in de praktijk tijdens de stage.
Als deze tactiek wordt toegepast, zou een coach van Fontys iedere maand op stage bezoek komen. Tijdens het bezoek worden er meerdere lessen geobserveerd en wordt er in een dialoog feedback gegeven. Met de werkplekbegeleider wordt de feedback vervolgens omgezet in ontwikkeldoelen waar de periode aan gewerkt gaat worden. Een maand later komt de coach weer terug en observeert de lessen en beoordeelt de ontwikkeldoelen en legt deze naast de gegeven feedback.
Op deze manier wordt de progressie van een leraar in opleiding duidelijk zichtbaar.
Door te beoordelen op progressie in de praktijk krijgt de leraar in opleiding ook een beter beeld van de praktijk en toont aan in staat te zijn dit toe te kunnen passen.
De theorie wordt vervolgens in combinatie met de opgestelde ontwikkeldoelen beschreven. Er wordt gereflecteerd aan de hand van casussen uit eigen praktijk. Vervolgens wordt verwezen naar literatuur waaruit blijkt dat de beschreven situaties in de casussen overeenkomen of juist verschillen met deze literatuur.
Vakbekwaamheid zou op deze manier ook uitgevoerd kunnen worden, maar vraagt om een meer gepersonaliseerde aanpak.
Willibrord van den Besselaar
14
April
2023
Jammer dat Fontys in gesprek gaat met de rectoren ipv met de leraren en de vakverenigingen van die leraren.
Ben overigens benieuwd wat die verenigingen van de Sittardse aanpak zullen vinden.