Rachelsmolen verwijdert hekken en gaat voor 'sticky campus'

Een ‘sticky campus’ waar studenten ook na hun colleges langer willen blijven hangen, omwonenden meer dan welkom zijn en waar iedereen een wandeling kan maken. Dat is het plan voor campus Rachelsmolen, waar sinds een paar weken de hekken rondom het terrein zijn verwijderd.

Rachelsmolen moet een campus worden met meer verblijfskwaliteit en wordt opengesteld voor de stad en de regio. Om dat te bewerkstelligen zijn de hekken rondom Rachelsmolen alvast deels verwijderd. Uiteindelijk worden er nog natuurlijke barrières geplaatst om zo wel bepaalde doorgangen te creëren.

Volgens Judith Tollig, communicatieadviseur bij Dienst Huisvesting & Facilitaire Zaken, zorgen de ontwikkelingen naar een sticky campus, zoals het weghalen van de hekken, er uiteindelijk voor dat Rachelsmolen straks meer is dan een terrein met losse onderwijsgebouwen. 

“Het wordt een campus met gezamenlijke en campusbrede voorzieningen, waar kruisbestuiving tussen de verschillende instituten meer mogelijk is. Daarin is een grote rol weggelegd voor gebouw R11, waar straks een FoodSquare, auditorium en een centraal servicepunt te vinden zijn”, aldus Tollig. “Wat we hier doen past binnen de duurzame en inclusieve samenleving die Fontys nastreeft: een open leer- en werkomgeving, waar we niet alleen elkaar, maar ook de buitenwereld kunnen ontmoeten.”

Walk in the park
Daar is het nieuwe gebouw R12 een goed voorbeeld van. “Dit wordt een praktijkgebouw waar, bijvoorbeeld door Fontys Paramedisch, niet alleen praktijkles wordt gegeven, maar waar ook cliënten ontvangen worden. Iedereen moet zich straks thuis kunnen voelen op de campus, en daarom hebben we de hekken ook verwijderd. Zo wordt Rachelsmolen voor studenten, mensen uit de stad en regio en andere geïnteresseerden letterlijk een ‘walk in the park’.”

Volgens de communicatieadviseur zijn de ontwikkelingen in Eindhoven ook een goede uitnodiging voor nieuwe, potentiële studenten. “Zij zijn meer betrokken bij de maatschappij, en dat straalt onze campus straks ook uit.” [Tekst gaat verder onder de foto's]

Qua faciliteiten en de veiligheid op en rondom de campus verandert daarentegen weinig. “De poorten stonden eerst ook altijd open. Ons terrein is niet openbaar, maar wel openbaar toegankelijk. We hebben daarom wel nog steeds met huisregels en afspraken te maken. Die leven we nog steeds na en daar wordt nog steeds op gecontroleerd.”

Veiligheid en opening
Om ervoor te zorgen dat dat in goede banen verloopt, worden de werktijden van de beveiligers opgerekt en komt een externe beveiligingsdienst regelmatig poolshoogte nemen. Ook de politie neemt het gebied mee in surveillancerondes.

De officiële ingebruikname van de gebouwen R11, R12 en R13 staat op 20 november op de planning. In totaal biedt Rachelsmolen dan plaats aan circa 5.000 gelijktijdig aanwezige medewerkers en studenten. “Het totaal aantal op de campus aanwezigen is hiermee vergelijkbaar met de aantallen die aanwezig waren vóór alle nieuwbouw op de campus, toen gebouw R1 nog in gebruik was.” 

Ook de parkeergarage die grenst aan de campus moet deze aantallen aankunnen, en er komen nog wat extra parkeerplaatsen bij. "We blijven dit monitoren, zodat we altijd actie kunnen ondernemen wanneer nodig.” De officiële opening volgt in maart 2024.

Planning en toekomst
De bouw en inrichting lopen volgens Tollig aardig op schema. “In het FoodSquare is het restaurantgedeelte al klaar, alleen de keukens nog niet. Die zijn vanaf 1 januari 2024 geopend. R4 zorgt voor extra capaciteit en is op maandag, dinsdag en donderdag tot 18.00 uur open. Ook Café040 krijgt andere openingstijden en bij beide locaties zal een groter aanbod van maaltijden beschikbaar zijn.”

Vanuit de visie die Vastgoed heeft opgesteld zijn er nog geen concrete plannen om de Fontys-campussen in Venlo en Tilburg aan te passen. “Omdat Rachelsmolen drie nieuwe gebouwen kreeg, was dit het perfecte moment om hier de verblijfskwaliteit te verbeteren. Zodra dit in Tilburg en/of Venlo het geval is, gaat ook daar wat gebeuren. De komende tijd gaan we daar in ieder geval wel al plannen voor ontwikkelen", aldus Tollig. [Noëlle van den Berg]