Jurist met Brabantse gemoedelijkheid

Joyce van Dongen deed hbo-Rechten aan Juridische Hogeschool Avans-Fontys. In haar baan als productmanager bij VDT Advocaten in Tilburg kan ze verschillende kanten van zichzelf kwijt: “Ik ben juridisch adviseur voor ondernemers én voer strenge incassogesprekken. Allemaal op één dag.”

Wat doe je op een werkdag?
“VDT Advocaten is geen traditioneel kantoor dat vooral pas in actie komt als het escaleert. Hier is het motto namelijk óók: Voorkomen is beter dan genezen... We bieden ondernemers diensten aan waarmee ze juridisch sterk staan en eventuele problemen preventief aanpakken.

Dat doen we in de vorm van ‘productpakketten’, bijvoorbeeld Arbeid-Optimaal, Privacy Proof of Incasso met Impact. Als productmanager heb ik binnen die pakketten verschillende taken. Zo doe ik nulmetingen bij bedrijven om te kijken wat er op het gebied van arbeidsrecht al geregeld is, en schrijf ik een adviesrapport.

Verder voer ik incassogesprekken voor klanten en zijn er altijd ondernemers die met adviesvragen komen. Daarnaast zijn we continu bezig met het verbeteren en up-to-date houden van producten, bijvoorbeeld om in te spelen op gewijzigde wetgeving of veranderingen in de bedrijven zelf.”

Hoe ging de overgang van studie naar werk?
“Vlot. Het curriculum van de Juridische Hogeschool is praktijk- en oplossingsgericht en dat is dit kantoor ook. Ik werk nu zes maanden en weet dat ik nog veel kan leren. Maar ik voel me thuis.

Voordat ik met VDT kennismaakte, was ik even bang dat ik in een stijve, afstandelijke advocatencultuur zou belanden. Maar dat is absoluut niet zo - we zijn geen ‘vechtkantoor’ waar blitse advocaten wachten bij de telefoon tot er ergens stront aan de knikker is. Dat merk je ook aan de sfeer: die is Brabants gemoedelijk.”

“Evenmin hangt mijn kledingkast plotseling vol met donkerblauwe mantelpakjes. Op kantoor draag ik gewoon waar ik me goed bij voel, zoals een leuk jurkje of een zwarte broek. Ik vind het belangrijk dat de overgang ook in die zin niet groot is. Ik wil mezelf kunnen blijven.”

Wat heb je in je opleiding gemist?
“Lastig, ik loop nergens giga-tegenaan. Als ik toch iets moet noemen, dan had iets meer juridische diepgang niet misstaan in het curriculum. Zo ben ik laatst via een cursus dieper in de details van het arbeidsrecht gedoken. Dat geeft dan direct houvast en vertrouwen.”

“Ook was ik in het begin weleens gespannen als de telefoon ging. Er kan altijd een vraag van een ondernemer komen waarop ik het antwoord niet direct uit mijn mouw schud. Of ik voelde me onwennig bij een netwerkborrel: stond ik daar ineens als guppy tussen allerlei ondernemers van grote bedrijven. Maar of de opleiding zulke aspecten echt moet oppakken? Die dingen zijn vooral een kwestie van doen, merk ik.”

Wat maakt dit werk voor jou zo interessant?
“Ik denk dat ik in deze baan alles uit mijn hbo-Rechtenstudie kan halen. Voor veel studenten vormt die opleiding het opstapje voor een academische rechtenstudie, alsof hun opleiding niet af is voordat ze die meestertitel hebben.

Maar ik ben blij dat ik aan het werk ben gegaan. Hier op kantoor blijkt dat een hbo-jurist, met een meer praktische insteek, een klant even goed kan adviseren als een academicus. Klanten waarderen dat en dat geeft me een goed gevoel.”

“Bovendien is dit werk veelzijdig en kan ik meerdere kanten van mezelf laten zien. Ik geef ondernemers in alle openheid juridisch advies, maar ben soms ook de stellige en dwingende incassomedewerker voor hun debiteuren. Ten slotte bouw ik een breed netwerk op, vol leuke en interessante bedrijven.”

Tevreden?
“Jazeker! Ik blijf hier nog wel even zitten. Ik wil in mijn baan groeien, en de ervaring opdoen die het plaatje nog completer maakt. Wellicht dat ik op den duur ook kleinere zaken voor klanten kan doen bij de Kantonrechter. Hiervoor hoef je namelijk niet per se advocaat te zijn. Een gaaf idee om dat er straks ook nog bij te doen.” [Frank van den Nieuwenhuijzen]